De dag begint zonder plan, maar met een blik naar het weerbericht. De weerdienst heeft een weerwaarschuwing uitgegeven voor onweer in de loop van de middag, komende vanuit het westen. Met het ontbijt achter de kiezen lopen Plan-V444 en ik daarom naar het station, om naar het oosten te trekken. Er zijn slechtere manieren om de dag te beginnen.
Acla da Fontauna is niet alleen de laatste halte voor het eindstation van de Matterhorn Gotthardbahn in Disentis/Mustér zelf, het is natuurlijk ook een halte op verzoek. Dat betekent dat je de trein moet 'vlaggen', hier met een druk op de knop die een sein langs het spoor aan zet. De 'vertraging' is overigens deel van het programma, als onderweg geen haltes verzocht worden komt de trein op de aangegeven tijd aan, de aankomsttijd in Disentis/Mustér is de aankomsttijd als onderweg overal gestopt wordt.
Maar even na half negen is de eerste trein van de dag die over de Oberalppass gekomen is er dan.
Drie minuten na het instappen (en 1 kaartcontrole later dus) zijn we al in Disentis/Mustér zelf, de dag ervoor hebben we deze afstand gewoon gelopen. Disentis/Mustér is het station waar de Matterhorn Gottardbahn ophoudt en de Rhätische Bahn begint, en dus moeten doorgaande reizigers hier overstappen (behalve met de Glacier Express). De aansluitende trein is de RegioExpress naar Scuol-Tarasp, die meerdere Reto-Romaanstalige gebieden met elkaar verbindt. De locomotief is dan ook passend, in de huisstijl van de Reto-Romaanstalige publieke omroep.
Met de RE rijden we het Rijndal door. Dit deel van Graubünden is verrassend dunbevolkt, de uursdienst van de Rhätische Bahn voldoet dan ook ruim voor de vervoersvraag.
Het mooiste stuk van deze route is tussen Ilanz/Glion en Reichenau-Tamins/La Punt-Tumein, hier is het dal van de Rijn veel smaller. Nabij Trin is de vallei het smalst, en hangt boven de Rijn een serie bordjes die wijzen op historische waterhoogtes.
Na 80 minuten raamhangen zijn we dan in Chur, de hoofdstad van het kanton Graubünden. Logischerwijs is dit een belangrijk OV-knooppunt, niet alleen al omdat het netwerk van de SBB hier ophoudt. Wij pakken echter de bus verder, die vanaf het bekende busstation vertrekt.
Knipper 1 keer met je ogen en je bus stijgt boven de stad uit.
20 minuten later zijn we op de eerste bestemming van de dag: Churwalden, Bergbanen, ruim 600 meter hoger dan Chur. De PostAuto die ons hier bracht rijdt verder naar Tiefencastel.
Waarom zou je dan naar Churwalden gaan? Vooral vanwege deze hoogte, en de attractie die hieruit voortvloeit: de Pradaschier-rodelbaan is de langste rodelbaan ter wereld.
Eenmaal boven ontstaan de eerste wolkenbanden van de dag.
Op de rodelbaan zelf is geen bagage toegestaan, dus moet ik het voor de tocht naar beneden doen met beelden van YouTube. De rit maakte een uur wachten meer dan goed.
En tegen 14:00 staan we weer in Chur, op tijd voor de aansluitingsknoop tussen Rhätische Bahn en SBB.
Eigenlijk hadden we getobd om nog naar Arosa te gaan, maar door werkzaamheden gaat dat feest niet door.
In plaats daarvan trekken we de stad in, Chur zelf hadden we beiden nog nooit gezien. En eigenlijk is het nog een leuke stad ook!
Het lokale equivalent van het HGB-IV, het hoofdkantoor van de Rhätische Bahn, staat middenin de stad.
Klimaatverandering in 1 foto, eerder deze week tikte Canada de 50 graden celsius aan. Maar leuk joh, een waterattractie!
Vlak naast het centrum ligt station Chur Altstadt aan de Arosalijn, die dus door werkzaamheden deels gesloten is. Vandaar waarschijnlijk ook de ballastwagens achter de stoptrein, in tegenstelling tot in Nederland doet men in Graubünden niet zo moeilijk daarover.
Ik ken weinig steden in Europa waar de wijngaarden zo dicht bij het centrum liggen.
Rond 16:30 beseffen we ons dat we nog niet hadden geluncht, en om 17:00 zitten we dan ook aan het lunchdiner, met Glatsch als drinken
Maar terwijl we aan het eten zijn wordt het donker, de buien hebben Chur bereikt. Nou wouden we toch al de trein pakken van 17:56, maar we zijn erg blij dat we onder een plu relatief droog het station bereiken.
Rond Reichenau-Tamins/La Punt-Tumein zit er even een gat in de regenbui, maar eventjes verderop hoost het goed door. Dat belooft weer!
10 minuten later. *Mompelt iets over hoge Rijn*
Maar elke bui komt ten einde, dus kijken we even later naar een regenboog.
In Ilanz/Glion komen we een waar museumstuk tegen, loc 707 "Scuol" komt uit 1965 maar is nog steeds in gewone commerciële (goederen)dienst.
Na Ilanz/Glion nadert de derde buienlijn van de dag alweer, het lijkt een nat einde van de dag te gaan worden.
Maar gelukkig voor de reizigers bereiken we op tijd Tavanasa-Breil/Brigels. Dit is misschien wel het meest stereotype klantvriendelijke OV van heel Zwitserland: direct aansluitend op de RE rijdt de
Na Trun is de regen terug, superfijn!
En dan zijn we weer in Disentis/Mustér, en hier regent het ook. Verrassend.
Zoals al eerder gezegd is dit geen dichtbevolkt deel van Zwitserland, en dat vertaalt zich ook naar de treindienstregeling, die al verrassend vroeg stopt. Tegen 19:00 is de laatste trein van de Matterhorn Gotthardbahn al vertrokken, en dus kunnen we niet met de trein terug naar boven, naar Acla da Fontauna. De treinmaatschappij zet echter 's avonds minibussen in, waar alle treinkaartjes op geldig zijn. Dat helpt enorm met de natte sokken.
Terug in het hotel houden we het voor gezien, droog gaat het niet meer worden.
Bun di tuts, igl e la dia fin a vegnir a chasa! Ook op deze laatste dag nemen we de trein van 08:31, door werkzaamheden aan de Rijntalbahn tussen Offenburg en Freiburg moeten we omreizen via Singen (Hohentwiel). Voordat we trein ingaan lopen we nog even langs de Coop om wat Paun e Patissaria in te slaan voor onderweg (specifiek tarschola da paintg en cornets).
Het weer is nog steeds beduidend slechter dan eerder, maar vandaag kunnen we wél droog langs de bushalte lopen waar we eerder zijn afgezet door de Matterhorn Gotthardbahn-PostAuto.
Toegegeven, de bewolking maakt de rots aan de overkant van het station een stuk imposanter.
Vandaag brengt een loc in Glacier Express-huisstijl ons tot in het dorp.
Het is beduidend natter in de Rijn vandaag, het water is ook troebeler.
We zijn weer terug in Chur, waar we overstappen op de SBB-InterCity. Vanuit Disentis/Mustér is dat niet cross-platform, omdat die overstap de reizigers vanuit Sankt Moritz/San Murezzan gegund wordt.
Grijs of niet, het ritje naar Zürich blijft prima.
Zürich HB, vanaf december staat hier weer 1 keer per dag Amsterdam Centraal op het bord. Wij stappen binnen de knoop van 11:30 over, op de trein naar Singen (Hohentwiel), Duitsland.
De treinreis naar Singen steekt meermaals de Duits-Zwitserse grens over, maar komt ook weer langs de Rijn. Bij Schaffhausen is die rijn een kolkende attractie.
In Singen hebben we een half uurtje overstap, en strekken we even de benen. Oh, en welkom terug in Duitsland.
De Regio-Express tussen Singen en Offenburg is traditiegetrouw overvol, dus heel comfortabel is het niet. Dus is het maar wat fijn als in Offenburg de trein verlaten kan worden.
Offenburg is vandaag voor sommige ICE-treinen beginstation, waaronder voor deze ICE naar Berlijn. Het is druk op het perron, DB had pas enkele weken van tevoren aangekondigd dat de spoorlijn dicht zou zijn en dus hebben veel reizigers een ticket met incorrecte informatie erop.
De echte chaos begint echter pas een uurtje verderop in Mannheim, doordat de vertraagde reizigers zich bij de gewone reizigers van een al overvolle ICE 516 naar Essen mogen proppen. De mededeling 'plätze 105 en 106, es tut mir leid, wir haben eine reservierung' door het overvolle gangpad roepen, de Bingokaart kan zelfs zonder vertraging snel vol raken.
Even na zessen zijn we in Keulen. Plan-V444 moest de dag erna vroeg werken en vertrekt naar Maastricht, ik moet wachten op trein 104 naar Utrecht, die zoals het hoort te laat is.
Aan boord kom ik een bekende tegen, en voor je het weet ben je dan alweer terug in Nederland.
En slechts luttele minuten achter op planning zijn we op Utrecht Centraal, staziun finala dal di.
En zo eindigde een reisje, waarvoor nog geen tien dagen eerder in allerijl interrail-tickets, nachttreinreserveringen en hotelovernachtingen geboekt werden. Conclusie: Acla da Fontauna is prachtig, en ik kan het aanbevelen aan eenieder die Zwitserland zonder teveel toeristen wil zien. Vanaf december kan je 's avonds instappen en gaan slapen in de polder, en de dag erna lunchen in de bergen. Het kan zijn dat ik hier nog eens terug kom deze winter, tenzij ik tot die tijd nog iets bijzonders verzin om te doen. Zoals altijd worden op- en aanmerkingen gewaardeerd!