(cliché begin)En hoe verder hij ging, des te langer was zijn terugweg
(Utrecht)
Nu we te maken hebben met een pandemie zoals we die nog niet eerder hebben gezien in onze generatie en alles gesloten, afgelast of hopeloos uitgesteld wordt, moeten we het maar doen met de herinneringen aan betere tijden. De tijden, waarop we nog wel onbezorgd konden reizen, zijn voorbij. We leven in een gezondheidsdictatuur van onbepaalde duur, totdat degenen met een verantwoordelijkheid op de schouders, zo zwaar als de hele wereld, met een oplossing komen.
(/cliché begin)
Het klinkt allemaal wat leeg, maar ja. Het woord 'onbezorgd' is op zich ook wel een rekbaar begrip, want je kan altijd nog de gevolgen van een stakingsgolf in Frankrijk, vertragingen in Duitsland, of zwanen op het spoor in Nederland krijgen: aansluitingen die gemist worden of reizen die op zich volkomen onmogelijk gemaakt worden, hoewel dat ook kan gebeuren onder doodnormale omstandigheden waarbij je simpelweg niet verwacht dat je plan in duigen valt. Natuurlijk is de ene gemiste aansluiting vervelender dan de andere (een aansluiting missen in Frankrijk is waarschijnlijk erger, aangezien het aantal treinen in Frankrijk op een route - zoals iemand ooit eens verwoordde, ik weet niet meer wie - is gebaseerd op de stand van Jupiter), maar ja...
Hoe dan ook: nog vóór de coronapleuris echt fundamenteel uitbrak en je sowieso niet meer kan spreken van aansluitingen waar je je zorgen om kan maken, had ik nog een reis gemaakt naar Turkije. Die reis vond plaats van 27 februari tot en met 4 maart en dat is achteraf gezien eigenlijk nèt te laat wat de uitbraak betreft, maar ook weer nèt op tijd.
Even een noot vooraf: dit verslag is een drieluik, waarbij ik eigenlijk één lang artikel heb geschreven, bestaand uit meer dan 13700 woorden, met - volgens lezerweergave in Firefox - een leesduur van één tot anderhalf uur. Ik weet niet of ik jullie dat aan wil doen, dus de longread wordt gewoon opgedeeld in drie stukjes, zodat jullie in een periode van thuisblijven om de zo veel keer weer wat te lezen hebben. Nu ik het eerste deel op zaterdag publiceer, denk ik de andere delen op de zaterdagen erna te publiceren.
Eerst wat achtergrond over de reis zelf: ik moet toegeven dat ik mijzelf in 2018/2019 niet in een nabije toekomst in Turkije zag verschijnen. Het diplomatieke gedoe tussen Nederland en Turkije, alle protesten die daar vandaan kwamen en de beelden van boze Turken die sinaasappels massaal aan het steken waren als symbolische uitlating van ongenoegen jegens Nederland maakte dat het toerisme daar een stevige knauw kreeg en dat het veelal afgeraden werd om naar Turkije af te reizen, uit angst voor wraakacties of zulks. Intussen is het rustig, kunnen Nederlanders sinds kort zelfs visumvrij naar Turkije afreizen (voor mij kwam dat nieuws net te laat) en heb ik in de weken vóór vertrek niet bijzonder veel meer zin gekregen om naar Turkije te gaan na al die reclamespotjes over reizen naar Turkije op tv, want het beeld van Turkije is verder niet veranderd en op zich heb ik genoeg andere bestemmingen waar ik eerder naartoe zou willen, ook dichter bij huis.
Ondanks alles ben ik er toch naartoe gegaan, om één reden, namelijk om iemand die ik ken in İstanbul te bezoeken, die me de stad zou laten zien. Diegene heb ik voorheen Delft en Amsterdam ook laten zien, dus dit was een beetje als returning the favour. Zoals wel vaker, als ik ergens heen kan om met iemand die ik ken af te spreken, doe ik dat liever, dan dat ik in mijn eentje anoniem ergens in bijvoorbeeld Bretagne rond ga lopen (hoewel ik toch naar Bretagne toe wil uiteindelijk, of dat nu alleen moet of niet). In dat opzicht ben ik wel veranderd in de loop der jaren, waarbij ik vroeger vooral alleen reizen wilde. Hoe dan ook: qua ervaringen in een leven is een land als Turkije iets compleet anders en iets 'compleet anders' is iets wat je eens gedaan moet hebben om je beeldvorming te verrijken, of zoiets vergelijkbaars. In de zomer er naartoe gaan was voor mij geen optie want ik ben geen hittemens en al helemaal geen druktemens, dus was eind februari eigenlijk wel ideaal qua drukte en qua temperaturen.
Zoals traditioneel plande ik de verplaatsingen allemaal zelf, alhoewel ik goed gebruik heb kunnen maken van deze kennis in İstanbul om het één en ander te regelen op afstand. De planning vond plaats in december/januari, nog vóór er überhaupt sprake was van iets van een coronavirus, dus dat heeft alvast geen invloed gehad, maar naar mate de reis dichterbij kwam, was er al sprake van infecties in Italië en dorpen die op slot gingen. De reis moest maximaal een week duren om het aantal vakantiedagen niet gelijk op te maken en om deze te besparen voor wat andere stoute plannen voor de rest van dit jaar, maar die plannen kunnen tot nu toe allemaal de prullenbak in, want het helpt in ieder geval alvast niet dat de grenzen van de landen waar je heen zou willen gesloten zijn en naar verwachting voorlopig ook niet open zullen gaan...
Enfin, Turkije. Omdat die zonet genoemde vakantiedagen niet onuitputtend zijn en ik die ook niet mee mag nemen naar het volgende jaar, kon ik het me niet veroorloven om de héle reis naar Turkije uitsluitend per trein te doen. Ik ben zodoende gewoon gaan vliegen, wel zo efficiënt en snel. Niet zo goedkoop als Wizz Air of Ryanair, maar toch: voor 64,99 euro met Pegasus naar Sabiha Gökçen is prima te doen. Eenmaal daar zou ik wel wat per trein gaan reizen, om dat vliegen ietwat te compenseren en om wat van het land te ontdekken, onder het mom van een indruk opdoen en de sfeer opsnuiven. Ik moet zeggen, voorbereiden op een reis per trein in Turkije is niet makkelijk en je moet wel goed weten waar je zoeken moet. Er is een Interrail-pass en zelfs een Balkan Flexipass die beide geldig zijn in Turkije, maar ik heb geen van alle overwogen: de tijd die ik daar zou zijn was er te kort voor en het zou zo onnodig duur geworden zijn. Eenmaal in Turkije zou ik mij dan weer wel her en der over rails gaan verplaatsen.
Voor de terugweg zou ik ook vliegen, maar in plaats vanuit İstanbul, zou ik terugvliegen vanuit Sofia, in Bulgarije. Voor 33,99 leva (17 euro nog wat) was dat met Wizz Air véél goedkoper dan vanuit İstanbul, maar dan moet je wel in Sofia zien te raken en zelfs dat was in totaal nog goedkoper en - interessanter nog - prima doenbaar qua tijd, omdat er een nachttrein rijdt tussen İstanbul en Sofia, met een comfortabele 'overstap' van iets meer dan 6 uur in Sofia na aankomst aldaar. Ik moet denken aan Timon91 die nu zo'n vier keer geprobeerd heeft om die trein te nemen van Sofia naar İstanbul, zonder succes, al neem ik nu die trein de andere kant op. Deze nachttrein kun je online niet boeken, daarvoor moet je, als je in Turkije bent, nog altijd naar het station van Sirkeci toe, naar het loket aldaar, om dat te regelen. Ik heb mijn kennis in İstanbul gewoon gevraagd om dat kaartje voor mij te kopen en dat ging verder prima. Het kaartje kostte 189 lira voor een vierpersoonscompartiment, wat vandaag de dag zo'n 27 euro is, maar in de tijd dat ik daar naartoe ging was die prijs wel anders, omdat de koers in die tussentijd in elkaar aan het storten was door 'operation spring shield' (op 25 februari was 1 euro 6,69 lira, terwijl op 1 maart dit 6,91 lira was en op het moment van schrijven (28 maart) was de koers precies 7,21 lira ). Dit komt ongeveer overeen met de prijs die de BDŽ (Bulgaarse spoorwegen) toont op haar website (54.56 leva), dus daar zit in ieder geval geen rare toeslag achter. De rest van alles komt later aan bod. Eerst maar eens in İstanbul raken.
Meer voorbereidend werk en de morele vraag
Tijdens het zoeken naar gunstige prijzen voor vliegtickets kwam ik eerst uit op een rare constructie met een vlucht van Köln naar İstanbul, waarbij ik per trein eerst naar Köln Flughafen toe moest. Als dat echt een aantal euro goedkoper zou zijn geweest en als ik nog student zou zijn, zou ik dat zonder twijfel gedaan hebben, maar sinds ik een baan heb en allang student af, weet ik wel beter: gewoon kiezen voor gemak en comfort en een directe vlucht nemen van Amsterdam naar İstanbul Ach ja, wijsheid komt met de jaren?
Een week voor vertrek ging ik naar een geldwisselkantoor om daar zo'n 580 lira te bestellen, zo'n 100 euro. Dat bedrag was een inschatting op basis van wat ik moest terugbetalen voor het kaartje van de nachttrein en nog wat andere dingen, zoals eten en dergelijke. Dat zou uiteindelijk net wel/net niet genoeg blijken te zijn. Terwijl ik dat geld bestelde, las ik dat Turkije de grens met Iran gesloten had omdat daar intussen het coronavirus in redelijk groten getale was uitgebroken. Dat was - dacht ik - 4 dagen voor vertrek. 'Zolang ze de grens met Bulgarije niet sluiten, vind ik 't prima!' merkte ik de dag nadien nog op. Niet lang daarna heb ik nog gepraat met collega's over het risico van het uitbreken van dat virus en in die tijd had een collega een plan voor een reis naar Japan in april en hij was bang dat hij gedoe zou krijgen. Hij overwoog, nog voordat mijn reis aantrad, om zijn vluchten te annuleren, maar hij kon wel naar het geld van de vliegtickets fluiten... Voor een reis die na Turkije op de planning staat, waar ik al treinkaartjes voor heb gekocht, zou ik wat meer mazzel hebben, omdat ik deels wel geld terug kan krijgen (de ÖBB doet niet moeilijk en zal alles terugstorten, maar DB is wel moeilijker geval omdat de reis staat voor mei en de huidige coronacoulanceregeling tot en met april loopt, en dan nog zijn het tegoedbonnen zover ik denk de voorwaarden begrepen te hebben), maar het blijft wel zonde.
Uiteraard werd ook mij de vraag gesteld of ik maar niet beter thuis moest blijven, maar toen was de gedachte: het is nog soort van ver weg, alhoewel de besmettingen om Nederland heen toe aan het nemen waren en daarnaast... hoe groot zou nu de kans zijn dat ik in Turkije besmet zou worden? Het is ergens wel verontrustend, hoe naïef je kan worden als je een vakantie gepland hebt en dat je gevoelsmatig, met een crisis die om de hoek staat waarbij je niet weet hoe erg die zal gaan worden, alle risico's van dien gaat bagatelliseren, van 'Het zal wel zo scheef niet lopen met mij'. Nu was het zo dat deze reis geen maanden in beslag zou nemen, maar minder dan een week, dus soit... het leek nog te overzien. Die collega over wie ik het had, overigens, heeft de enig verantwoordelijke beslissing genomen om de reis uit te stellen.
Naar İstanbul toe
Dan was het op een dag reisdag.
1. Het station van Zandvoort wordt nog verbouwd, de extra perrons die nu niet meer gebruikt gaan worden tot nader order liggen er al, een nieuwe Kiosk is nog in aanbouw (de oude is sinds kort intussen gesloopt, waardoor deze foto alweer geschiedenis is) op de plek waar het oude wachthokje stond (die is nu verderop het perron geplaatst) en een enorme rij trappen wordt nog aangelegd. De eeuwige SGMm komt net aanrijden, om daarna te wachten op een stipt vertrek.
De rit zelf naar Schiphol verliep probleemloos. Ik heb nu anderhalf uur de tijd te doden en dat is best veel, dus loop ik nog even rond alvorens de neutrale zone te betreden. De gewoonlijke trappen naar het Panorama Deck zijn nog altijd afgesloten, maar ik ontdek dat er een andere manier is om daar te komen aan de kant van Departures 1. Het is iets van een obscure omweg, met her en der informatieborden die op de grond lagen (waarschijnlijk naar beneden gelazerd door één van drie stormen van daarvoor), maar de Fokker op dat dek is nog altijd te bereiken en te betreden.
De security ging erg vlot, geen gedoe bij de bagagescans, alhoewel ik daar last minute voor gezorgd heb door een pot speculoos toch maar niet mee te nemen in mijn handbagage. Dat zou een cadeautje geweest zijn, maar net als pindakaas mag een pot speculoos niet mee omdat het gerekend wordt tot de 'vloeibaren'. Het is smeuïg, derhalve 'vloeibaar'. Helaas pindaka... euh, speculooaas. Ik ben een uur voor boarden aanwezig en dat is behoorlijk ruim te noemen.
Eenmaal in de neutrale zone van de luchthaven was er geen weg meer terug en moest het lot maar getard worden. Vooralsnog was iedereen nog vrij ontspannen over alles, maar daar was toch te voelen dat er iets 'heerste', want een bovengemiddeld aantal mensen liep rond met mondkapjes. De vlucht verliep prima. De personen naast me maakten zich druk over hun internetbundel, omdat hun provider Turkije niet meerekent tot 'roam like home' (mijn provider daarentegen wel), terwijl ik de hele vlucht van zo'n drie uur een zootje Turkse woorden heb opgeschreven in een boekje om me op vocabulair opzicht voor te bereiden. Out of nowhere werd er een broodje bezorgd waarvan ik me niet eens kon herinneren dat ik het besteld had. Met de landing op Sabiha Gökçen was het gelijk mijn eerste keer op het Aziatische continent. Ik kwam aan bij zonlicht, maar na de paspoortcontrole kwam ik in het donker weer buiten (en ik had niks gemerkt). Het kan hard gaan.
Sabiha Gökçen heeft geen railverbinding; er zijn alleen maar bussen, variërend van snelbussen, intercitybussen tot reguliere lijnbussen. Ik zou daar bij het busstation een İstanbulkart moeten kopen, maar ik was verward omdat ik hoorde dat de automaten geen bankkaarten accepteren (boe) en ook geen wisselgeld teruggeven. Het werkt vergelijkbaar als de OV-chipkaart: de kaart zelf kost geld (7 lira dacht ik) en dan moet je er nog geld op zetten. Ik vreesde dat ik met 10 lira daarmee 3 lira weg zou gooien, maar die 3 lira werd meteen als saldo aan de kaart toegevoegd. Ik vroeg nog aan een omstander of ik wat geld ervoor kon wisselen, maar deze heer was zo behulpzaam en vriendelijk om mij gewoonweg 5 lira te geven om zo een rit naar Kadıköy te kunnen betalen, waar ik had afgesproken, alhoewel ik dat zelf natuurlijk ook had gekund. Dat was alvast een aangenaam begin. Om in Kadıköy te komen moest ik lijn E-10 hebben en het was maar dat die bus net kwam aanrijden dat ik wist waar ik naartoe lopen moest in de chaos van bussen die overal maar geparkeerd stonden en voorbijreden. Nou ja, de bus reed de halte eerst voorbij, om te stoppen en achteruit de halte in te 'parkeren'. Het is maar wat efficiënt is. Hoe dan ook, ik kon succesvol inchecken, hoewel ik geen reet begreep van het beeldscherm en ik eerder denk dat het niet goed ging door het rare geluid dat de lezer maakte, maar het scherm was groen, de chauffeur zei niks, dus ben ik uiteindelijk maar gewoon gaan zitten.
2. Bustijd voor naar het centrum.
Het is op het moment van vertrek erg rustig in de bus. Een beeldscherm met halteindicatie heeft een voortdurende epileptische aanval en voor de rest is het wat donker. Ik kom in de bus erachter dat het zeker twee uur (!!) duurt om van de luchthaven in het centrum van İstanbul te komen met deze bus. Dat is een lange rit op een hard stoeltje. Bij het instappen was de spits echter al van afnemende aard, dus vlotte de rit over het geheel goed. Het weer veranderde wel drastisch: het begon droog en warm, maar naar mate ik het centrum naderde, begon het te regenen, om nog harder te regenen en zelfs te onweren. Onderweg, toen het eenmaal begonnen was met regenen, begon het opeens in de bus te regenen, maar dat kwam omdat er een raam open stond. Tijdens deze bijna twee uur durende tocht maakte ik goed kennis met het rijgedrag van buschauffeurs in İstanbul: de bus komt aan een halte, nog voordat deze stilstaat gaan de deuren open, en nog geeneens een seconde nadat iemand de bus verlaten heeft gaan de deuren alweer dicht en nog tijdens het dichtgaan trekt de chauffeur bruut op. Het zal wel normaal zijn hier. Niemand is uiteindelijk tot het eindpunt gereden (op mijzelf na), waar het flink aan het regenen en onweren is.
3. Alle veerboten zijn door het onweer uit de vaart genomen, wat wat spijtig is, omdat ik daarmee makkelijker naar mijn hotel kon komen in Sultanahmet, maar ja...
Los van het weer is het busstation van Kadıköy ook een chaos. Tientallen bussen staan hier geparkeerd en het is een aan- en afrijden van bussen in allerlei soorten en maten. Het is volkomen onoverzichtelijk waar wat staat en vertrekt, maar gelukkig hoef ik hier geen bus te nemen. Ik kom mijn kennis tegen bij het busstation, we lopen naar het centrum om wat te gaan eten (lahmaçun, beter bekend als Turkse pizza, name it) en daarna lopen we richting metrohalte om ondergronds me aan de kant van het hotel te krijgen.
4. Deze winkeleigenaar heeft zeker zijn best gedaan om mensen voor Valentijnsdag aan te trekken, hoewel dat alweer een flink aantal dagen terug was.
5. Dit is Nederland zeker, zonder reclames op het station? Nee, dit is Turkije... ook hier. Toch, met nauwelijks wat treinreizigers maakt het toch niet uit of er wel of geen reclame aan hangt.
6. Dit soort tegelwerken zijn her en der in de stad te vinden.
7. Om aan Europese zijde te komen moet ik nu 1 halte met één van de verschillende over de hele stad verspreide metrolijnen van Kadıköy tot aan Ayrılık Çeşmesi, vanaf waar de Marmaray rijdt richting Sirkeci.
8. Gelijk onder de Zee van Marmara door met de stadstrein en zo ben ik weer in Europa.
9. Sirkeci.
10. Hier moet ik, nadat ik het station verlaat, om de zwerfkatten heenlopen en mijn İstanbulkart leggen op een paaltje om 'uit te checken', hoewel het niet zo genoemd wordt. Het principe is wel hetzelfde, namelijk om het geld dat teveel ingenomen is (het instaptarief minus de ritprijs) terug te storten.
Er volgt nog een wandeling van een half uur, maar intussen is het minder hard gaan regenen, dus een tram is niet volkomen noodzakelijk. Ik ben nog niet meteen naar het treinstation Sirkeci gegaan, dat bewaar ik voor later, want nu laat ik me gewoon verrassen met wat ik al lopende tegenkom.
11. Het heeft flink geregend en dat zou nog wel een tijdje voortduren.
12. Op de route kom ik de Hagia Sofia tegen en de Sultanahmetmoskee en laatstgenoemde was tegen deze tijd (half 11) geopend. Deze dag zou een belangrijke religieuze dag zijn, maar waarom is mij eigenlijk helemaal ontgaan.
Hoofdzaak is dat de deuren open waren en je vrij naar binnen kon, zonder ook maar enige bagagecontrole, maar we moesten natuurlijk wel onze schoenen uitdoen voor de ingang. Er werd Turks fruit uitgedeeld aan de deuren en zo konden we naar binnen. Het was heel erg rustig binnen.
13. Het middelste gedeelte van de moskee werd verbouwd, dus de binnenkant van de grote koepel was niet te zien, maar alles eromheen, alle tegeltjes, alle beschilderingen en dergelijke, waren wel goed te zien.
14. Door een klein deurtje vonden we een trap naar boven, om alles een verdieping hoger te aanschouwen.
15. Hier troffen we een verdwaalde kat aan, die wat meer leven in de
Eenmaal buiten was het nog kort lopen naar het hotel en zo kon ik, tegen half 12, nog even mijn jetlag verwerken en tot 2 uur in de nacht opblijven (het is daar immers twee uur later dan in Nederland), om de dag erna om 10 uur weer op pad te gaan.
Eenmaal in İstanbul
Eigenlijk zijn twee dagen te weinig voor een stad als deze, maar toch is het aardig gelukt om een best aantal dingen te zien van buitenaf.
Veel wandelen, dat is wat deze twee dagen omvat, maar ook vooral dingen eten en drinken.
16. Wat eten betreft: ontbijt. Het weer is flink verbeterd, maar de tafels en stoelen op het balkon waren nog nat. Ondanks dat ik hier niet eten zal, zal ik hier wel even van het uitzicht genieten.
17. Deze stad is een drukke stad en zelfs op het water was er file.
Meer dan 30.000 stappen per dag beweert mijn telefoon, maar dat zegt natuurlijk niks. Wat wel wat zegt is dat ik zo wel een stad een beetje heb leren kennen op een aantal vlakken. Het eerste: overal zijn katten en her en der zijn honden die rondzwerven. Je zou het een plaag kunnen noemen, maar de mensen alhier geven de beesten gewoon te eten alsof ze er bij horen. Dat gevoel krijg je ook wel: ze horen er bij. Het tweede: de automobilisten zijn totale lulhannessen. De auto heeft hier voorrang en wee de voetganger (zoals een brutale Hollander) die dat met de schoenen treedt. Die krijgt meteen een tütertirade over zich heen, maar de scheldpartij terug was geheel wederzijds.
18. Tussen alle auto's rijden nog wat trams, maar ook die moeten wachten totdat de auto's klaar zijn met het blokkeren van de weg (wat logisch is ergens, maar dit moet je op een andere manier interpreteren dan enkel het feit dat een tram op rails rijdt en daarom nergens heen kan).
Het derde: overal is thee. Overal wordt het uitgedeeld aan uitbaters van winkels, op straat en in de Grote Bazaar. Overal zijn de glazen hetzelfde (de tulpvormige glazen) en overal is de thee fel rood, zoals die zou moeten zijn. Ze houden van zoetigheid, met ladingen aan suiker erin (ook in de koffie), maar ik drink het normaliter puur, dus ook nu ben ik nog steeds de toerist die alles toch net even anders doet.
19. Ik ga niet de hele tijd sightseeing-foto's delen, maar toch even een paar voor de smaak: de Sultanahmet-moskee.
20. Eén van de vele gangen in de grote bazaar.
21. De cisterne van Theodosius, waar de bodem onder water staat, met muntjes op de bodem.
22. Vanaf de Süleymaniye-moskee kan je een goed uitzicht krijgen over beide continenten.
23. Uiteraard moet er gegeten worden... en spijsmatig gezondigd, af en toe.
24. En zo was daar weer een tram.
Overal zijn vlaggen. Kleine, grote belachelijk grote in metrostations. Ik zou eerst denken dat het gewoon chauvinisme of nationalisme is, maar de reden ligt in een verlengde ervan. De reden valt de herleiden van de TV, want zowat alle tv-kanalen besteden aandacht aan slechts één onderwerp, en da's niet het coronavirus: het is het gedoe in Idlib, waarbij 33 soldaten van het Turkse leger omgekomen zijn.
İstanbul is een knooppunt van diverse spoorlijnen die Europa en Azië binnenlopen, maar gezien het aparte karakter van de stad als een stad op twee continenten, is deze stad historisch niet zomaar een knooppunt geweest. Het is een stad die opgedeeld is in een Europees en een Aziatisch deel door de Zee van Marmara en voor de opening van de Marmaray (en diens tunnel onder die zee door) en diverse bruggen ging al het verkeer tussen die twee continenten per veerboot. Reizigers uit Europa die met de trein naar Azië toe wilden, moesten toen (met bijvoorbeeld de (Venice Simplon) Orient Express) naar het station Sirkeci, alwaar zij een veerboot moesten nemen naar het station Haydarpaşa aan Aziatische kant. Deze stations waren nog voor de heerschappij van Atatürk gebouwd en de architectuur is vooral groots, zoals centrale stations dat wel zouden moeten zijn toentertijd. Terwijl Sirkeci een soort van oriëntalisme nastreefde, was Haydarpaşa eerder neoclassisistisch. Deze stations hebben grotendeels geen nut meer sinds de opening van de Marmaray en daarom zijn ze ook gesloten voor reizigersverkeer. Haydarpaşa wordt momenteel verbouwd, waarbij alle sporen, perrons, daken etc. worden gerestaureerd (het zou kunnen dat treinen uit Ankara dit station weer als eindpunt krijgen, in plaats van in Söğütlüçeşme wat op een half uur lopen ligt), terwijl Sirkeci heropend is onder de grond en boven de grond de sporen gebruikt worden als rangeerterrein. Treinen die vandaag de dag nog uit Europa komen, hebben Halkalı als eindpunt, wat op zo'n 27 kilometer van Sirkeci vandaan ligt. Daar zal ik voor de terugweg ook naartoe moeten.
25. Nadat ik Sirkeci op de avond van aankomst verder gewoon laat voor wat het is, kom ik de dag erna laat op de middag nog eens tegemoet om er een goed kijkje te nemen.
26. Alles ligt hier nog zo erbij, alsof het nog steeds een geopend station is, maar ja, formeel is het station weer open, zij het onder de grond.
27. Het machtige stationsgebouw staat er ook nog, in een vrij treurige staat.
28. Ondanks dat hier geen langeafstandstreinen meer rijden, op een enkele nachttrein İstanbul - Ankara na, is hier nog steeds een loket waar kaartjes gekocht kunnen worden voor internationale treinen die open is.
29. Ondanks dat al het verkeer onder de grond plaatsvindt, liggen de perrons er nog gewoon goed bij, alhoewel de sporen zijn nu omheind door een hek, waar 27.500 volt op staat.
30. 27.500 volt terwijl er overal gewoonweg katten leven en rondlopen... Daar hebben ze tenminste dit groene doek voor gehangen.
31. Op het station van Sirkeci is ook een klein spoorwegmuseumpje, die tot vijf uur in de middag open is. Tegen de tijd dat ik daar aankwam, was die alweer gesloten.
32. In de avond gaan we nog wat drinken en lopen we de brug over richting Karaköy, de heuvel op, richting de Galata-toren.
33. Bij die toren staat nog een oude tram, die nu op een andere manier gebruikt wordt dan vervoer.
34. Even voor het beeld: dit is de reservering voor de nachttrein. Er is ook een echt vervoersbewijs zelf, die is aangehecht aan deze reservering, opgevouwen en niet zichtbaar. Deze zijn geen van beide op naam. De printkwaliteit verdient in ieder geval geen schoonheidsprijs voor netheid.
Dan die veerboten: die zijn er, ondanks de opening van de Marmaray nog in overvloed, en die vertrekken op heel wat plaatsen. Als afwisseling hebben we die ook maar genomen naar Üsküdar om daar al wandelend het Aziatische deel te verkennen.
35. Toegang tot de veerboten gaat via een gebouw, waar poortjes staan.
36. De veerboot, iets dichterbij gezien, vlak voor opstappen.
37. Het interieur ziet er wat gedateerd uit, maar het is wel comfortabel.
38. De reis gaat richting die brug, maar eerst gaan we richting Azië.
Eenmaal in Üsküdar, de Aziatische zijde, viel het grote aantal minibusjes op: kleine blauwe en gele busjes met allemaal bordjes in een paar kleurtjes die aan het wachten zijn op reizigers.
39. Een 'rode' minibus.
40. Een 'groene' minibus.
41. Wat ook wel bijzonder was hier, was een fietspad die langs het water liep, maar ik heb er geen enkele fietser op gezien, hoewel dat best zou kunnen omdat het flink aan het waaien en regenen was - niet bepaald de beste omstandigheden om te gaan fietsen.
42. Op een eilandje staat een vuurtoren, de Kız Kulesi (Leandertoren).
43. De zee was wild, maar toch goed bevaarbaar.
44. Nog los van de minibusjes, zijn er ook Dolmuş: bestelbusjes die wat weghebben van Marshrutka's in Slavische landen. Deze busjes die dienen als soort deeltaxi hebben hun eigen bushaltes (een blauw bord met een grote D erop) en deze staan in grote getalen geparkeerd bij busstations. Het weer knapte stilaan wat op.
Veel te beleven was hier echter verder niet, dus gingen we maar wat eten en daarna snel weer terug naar het Europese deel, specifiek naar Beşiktaş.
45. In Beşiktaş verbeterde het weer echt merkbaar en vanaf daar liepen we langs allerlei okergekleurde minibusjes met 'maşallah' erop noordoostwaarts, richting Ortaköy.
46. Hier in İstanbul rijden flink wat bussen die in Nederland en andere buurlanden niet te zien zijn. Deze is er één van, tenminste, ik heb die hier nog nooit gezien.
47. De weg naar Ortaköy is apart voor de stad İstanbul, omdat hier zowaar bomen staan. Het centrum is zo goed als volgebouwd, waarbij voornamelijk bomen te vinden zijn in parken, maar hier staat ze eens vlak langs de weg.
48. Had ik bomen gezegd? Hier komen ze zelfs uit de gebouwen gegroeid.
49. In Ortaköy zijn een paar dingen te zien. Ten eerste: hier staat waar een gotische moskee, waarbij de gotiek een vrij aparte bouwstijl is voor een moskee.
50. De gotische moskee, iets van dichterbij bekeken.
51. Vlak naast de gotische moskee, eerder daar vlak boven, loopt een enorme brug van 65 meter hoog (net niet zo hoog als de Rendsburger Hochbrücke), één van de drie die over de Zee van Marmaray gebouwd is. Vanaf dit punt is achter de brug, in de verte, een mooi uitzicht op de Büyük Çamlıca-moskee, een prestigeproject van de Turkse president Erdoğan, die ik gekscherend de 'Taj Mahal van İstanbul' noem, gezien de excessieve grootte van dit bouwwerk en de vele torens.
52: Ook: kwallen.
Op de weg terug nemen we een bus, maar mijn saldo is te laag. Dat betekent bijvullen, maar aan de bushalte staat geen automaat en nabij wordt deze niet bijgevuld in een winkeltje, dus moeten we weer terug naar het centrum van het oord, waar aan het water dan weer wel een automaat staat...
Over bekende bouwwerken gesproken in vergelijking tot het land waar je zelf bent, in navolging van de 'Taj Mahal': de volgende bestemming is het Dolmabahçe-paleis, wat ik het 'Versailles van İstanbul' noem. Het is een enorm grondstuk met veel gebouwen waar de sultan in gezeteld heeft met zijn harem en familie. Een sultan zou geen sultan zijn als deze het niet vol zou stouwen met pracht en praal en de sultan in kwestie, Abdülmecit, die dit paleizencomplex liet bouwen, besloot hier 35 ton goud in te verwerken, waarbij alles bij elkaar vandaag de dag anderhalf miljard dollar gekost zou hebben. Het is niet algeheel verwonderlijk dat de bevolking niet bepaald tevreden mee was en dat het Ottomaanse Rijk ('de zieke man van Europa') door de daardoor enorm opgelopen staatsschuld failliet was gegaan en daarna uiteen viel door de Turkse Revolutie in 1923.
53. Eén van de poorten tot het paleisterrein, niet voor bezoekers.
54. Met dit beeld zullen jullie het, wat het paleis betreft, moeten doen. Binnen was het zowat bijna overal verboden om foto's te maken, maar eender welke zoekmachine heeft genoeg beelden om een beeld te krijgen van de schandalige hoeveelheid goud binnen.
55. Na dit bezoek was het tijd om naar het Taksimplein te gaan en dat deden we met een funiculaire die er wel vrij merkwaardig uitzag omdat de deuren niet 'waterpas' stonden aan het perron en de trein niet stopte op de plek waarbij de deuren van de beschermwand gelijk staan aan de deuren van de trein.
56. Het is wel een vrij lange funiculaire.
57. Na een kleine cocktail lopen we over de brug waar metrolijn M2 over loopt, waarbij het grappig is dat midden op die brug een metrostation gebouwd is met de naam Haliç. Het is te bereiken vanaf het vasteland, maar de perrons zijn zo lang dat deze bijna zo lang zijn als de Gouden Hoorn waar deze over gebouwd is.
58. Het laatste stuk tot Sultanahmet geschiedt per tram, tot de gelijknamige halte, met nu weinig volk op straat en een prima rust.
Tot zover het eerste deel. In het tweede deel ga ik İstanbul verlaten en zal ik het water oversteken, zuidwaarts. Aan het einde van de drie posts zal ik een linkje plaatsen van alle uitgezochte foto's die ik tijdens de toch gemaakt heb en die zal ik dan ook hier plaatsen. Nu nog niet, want dan zou het vervolg al verraden worden. Enfin, dank voor het lezen, ik hoop dat dit ergens niet te toeristisch aanvoelt en het volgende deel staat hier te lezen.