We beginnen de reis op maandag 12 juli in Utrecht, waar men deze zomer maar beter kan wennen aan het vroegere vertrektijdstip van de trein naar Basel om 08:08. Keurig op tijd rijdt ICE 255 binnen, die me naar Keulen zal brengen (Plan-V444 moet vanuit Zuid-Limburg komen en reist via Aken).
De Maasbrug bij Venlo, hier nog vredig. Ondertussen +10, want op tijd rijden is lastig.
Het inspirerende landschap van Noordrijn-Westfalen, hier een wolkenfabriek ergens tussen Mönchengladbach en Keulen. Door technische problemen in Venlo ondertussen 20 minuten achter op planning.
Kölle! Veel tijd om langs de rijn te staan is er door de vertraging niet, Plan-V44 staat al met koffie klaar. Vanuit de RE9 naar Siegen zien we trouwens hoe trein 255 nog meer vertraging oploopt, doordat het bij te plaatsen stel (de beruchte 4651 Amsterdam) moeilijk doet. Uiteindelijk vertrekken wij eerder, de trein naar Basel is dan al 40 minuten te laat.
Voor ons resteert nu alleen maar een rustige rit door de vallei van de Sieg, wat best prachtig is!
Kerken. Een erg logische plaatsnaam wel.
Even een dingetje tussendoor: ik reis regelmatig de grens over, en boek daarom vaak en graag via NS International. Als je dan naar een bestemming een ticket boekt krijg je in de App een plaatje van de bestemming te zien, maar toen ik mijn tickets voor deze reisdag boekte (en prijstechnisch een knip nodig was in Siegen), kreeg ik toch het idee dat het een uur op een houtje bijten zou worden...
De aankomst in Siegen was ook erg inspirerend.
Maar, moraal van het verhaal: verder kijken dan je neus lang is loont, want Siegen is weldegelijk prachtig!
Oud-Siegen, met onder andere het geboortehuis van Peter Paul Rubens.
13% stijgingspercentage is wel een aanslag op tedere Long Covid-longetjes.
Maar als je dan de top bereikt is het uitzicht prachtig!
Ook het centrum van Siegen is verrassend mooi voor Noordrijn-Westfalen, zelfs mét moderne fontijnkunst.
Berlijnse beer in Siegen, hier moet wel een boeiend verhaal achter zitten...
Conclusie: Siegen is geslaagd, en een aanrader voor iedereen (behalve misschien forumgebruiker Julsteren). a
Na een hyper-efficiënte invulling van de 64 minuten overstap in Siegen reizen we verder naar Giessen. Hier komen we niet veel verder dan het station, wat er ook mag wezen trouwens.
Hier begint de reis exotische taferelen aan te nemen. Door werkzaamheden was de lijn tussen Kassel en Göttingen dicht, en dat zorgde voor een bijzonder tafereel: ICE-treinen die stoppen in Eichenberg, een dorpje van 888 inwoners. Maar DB zou DB niet zijn als de unieke foto's aangepast moeten worden, want in plaats van een ICE-T rijdt er een IC-ersatzstam. Zonder reserveringen, zonder rolstoelplaats, zonder catering, en alsnog in omgekeerde rijtuigvolgorde. DB is in 2021 zoals we DB nog kennen van voor de pandemie...
Met +3 komt het ding eraan, en om het helemaal af te maken rijden er rijtuigen mee uit de München-Nürnberg Express.
Het uitzicht tussen Giessen en Kassel is érg inspirerend, geen wonder dat het stervensdruk is aan boord.
Op tijd bereiken we Eichenberg, waar we overstappen richting Leinefelde. Met 888 inwoners moge het niet als een verrassing komen, maar we zijn de enige uitstappers hier.
Waarom stopt de trein hier dan nog? Dat komt vooral door de ligging van het dorp, als spoorwegknooppunt op de lijnen Kassel - Halle en Bebra - Göttingen. Die rol is door de Duitse scheiding wel verkleind, Eichenberg is het laatste dorp richting Halle voor de oude binnen-Duitse grens. Tot op de dag van vandaag moet er vaak worden overgestapt in Eichenberg, wat DB met zijn nieuwe stationspromotie duidelijk kan maken.
De RE naar Erfurt is te laat, maar na 10 minuten komt het bezoek aan Eichenberg toch ten einde.
In Leinefelde is de laatste overstap van de dag, van DB naar Abellio.
Ondertussen zijn we écht in de vrijstaat Thüringen.
En om half zeven bereiken we dan de eindbestemming van de dag, het bruisende Nordhausen.
Ossi-cultuur op het terras in Nordhausen...
... wat zich ook laat merken: avondeten voor 4 euro. Erg fijn.
Nordhausen heeft misschien wel de kleinste Combino-trams van de wereld, tram 1 rijdt elke 30 minuten de enige omloop tussen Station en Dr. Robert Koch-strasse.
En wat heeft Nordhausen verder dan nog te bieden? Vooral veel sterke drank, Nordhäuser bleek ook verrassend lekker trouwens.
Maar waarom dan naar Nordhausen gaan? Het uitzicht vanaf het balkon van de hotelkamer de ochtend erop toont precies de reden om deze kant op te gaan, het witte gebouw links is het DB-station, het gele gebouw ernaast het stationsgebouw van de Harzer Smalspurbahnen.
Het is ondertussen dinsdag, en nadat we onszelf hebben volgestouwd bij het ontbijtbuffet is het tijd om naar dat HSB-station Nordhausen-Nord te gaan.
Vlak langs het station rijdt tram 10 langs, die met diesel-electrische Combino's rijdt. Deze trams rijden na Nordhausen verder over het HSB-netwerk.
Maar wij willen mee met de eerste 'gewone' passagierstrein van de dag, en dat blijkt nog een uitdaging. De HSB doet niet aan kaartautomaten, en het bureautje van de HSB in het station zelf opent pas om 08:30. De trein die we willen nemen vertrekt echter om 08:33, dus wat blijkt: het is de bedoeling dat je contant geld meeneemt en afrekent bij de machinist. Oh, Duitsland toch.
Eer dat we ons contante geld hebben is het al bijna tijd voor vertrek, voor we het weten rijden we al door de buitenwijken van Nordhausen...
Ik heb het wel te doen met de mensen die hier langs de lijn wonen, vier keer toeteren per voertuig, de eerste tram rijdt hier om 05:00 langs...
In Ilfeld staan we 7 minuten stil, de machinist moet hier het achterop lopende treinstel achterlaten. Ondertussen rijdt ook tram 10 binnen, die weer op weg is naar Robert Koch.
Na Ilfeld (254 meter boven NAP) start de klim door de Harz, we rijden hier over de Harzquerbahn.
Eisfelder Talmühle (352 m), het laatste station langs de route in Thüringen voordat we in Saksen-Anhalt aankomen. Er zijn hier nog drie reizigers overgebleven, buiten Plan-V444 en ik alleen nog een dame uit Rheinland-Pfalz.
Het uitzicht is prachtig onderweg.
Beep beep, i'm a sheep.
Benneckenstein (530 m) de eerste serieuze nederzetting na Ilfeld (45 minuten verderop). Hier wisselt het personeel met de tegentrein, en staan we dus ietsjes langer stil.
Station Sorge (499 m), hier is een Grensmuseum te vinden. De deelstaat Nedersaksen (en daarmee voormalig West-Duitsland) is hier 2 kilometer verderop).
En zodra er een seinpaal in de heuvels staat is het logisch dat je even later station Drei Annen Hohne bereikt, overstapstation richting de Brocken.
In Drei Annen Hohne (540 m) is het druk, we hebben vijf minuten om over te stappen.
De trein richting Brocken is erg druk, we hebben met moeite een zitplaats bemachtigd in het achterste rijtuig. Daar hebben we ook uitzicht, want dit is een stoomtrein, met rijtuigen met open balkons.
Station Schierke (685 m), het laatste station voordat de trein de Brocken op klimt. Ook hier zijn er CTA-bakken, een enorm contrast met de trein in kwestie.
Langzaamaan klimmen we verder omhoog...
... en om 11:21 staan we dan bij station Brocken (1125 m), op de hoogste berg van Noord-Duitsland.
En daarmee eindigt dan dit deel, op het hoogtepunt van de reis. In het volgende deel dalen we tot de bodem, is er een plaag, start de zondvloed en is de DB weer de DB. Op- en aanmerkingen worden, zoals altijd, erg gewaardeerd!