#7 Sophie gaat naar Luxemburg (90f)
Geplaatst: za 31 jul 2021, 00:26
Mijn vriendin was jarig, en ze heeft alles al. Prima joh, boeken we toch gewoon een stedentrip.
Zo stonden we 20 juli alweer op station Breda, waar we de IC Brussel van 10:42 nemen. Eerder kon helaas niet in verband met een trein die later op de dag op de planning stond. Hoewel ik een paar maanden geleden altijd pech had met deze verbinding, is hij de laatste tijd verrassend vaak op tijd.
Antwerpen Centraal is hier inmiddels wel bekend, en onze aansluiting was vandaag een stuk krapper dan normaal, dus ik heb hier alleen een foto genomen van onze volgende trein, de IC-trein naar Lille-Flandres, welke wij zullen nemen tot Rijsel-Vlaanderen. Een weinig spannende rit. Zoals gewoon zit deze trein ramvol tot Gent, om vervolgens leeg te stromen. In Kortrijk stappen nog wat mensen over die in het andere treindeel zaten, en zo komen we op tijd in Lille aan.
In Lille doen we nog wat inkopen bij de Carrefour, en nemen we vervolgens de TGV naar Paris-Nord. Een gelukkig weinig noemenswaardige rit, behalve dat ik na een toiletbezoek maar liefst 7 toiletten in 3 wagons af moest gaan om eindelijk zeep en water te vinden. Ik had al te veel positieve ervaringen in Frankrijk, maar gelukkig kunnen ze nog bewijzen net zo ranzig te zijn als de gemiddelde aire langs les Autoroutes. In elk geval rijden we op tijd, iets wat me bij de Duitsers niet vaak lukt.
Een Franse lunch voor een Hollands prijsje.
Het weinig spannende Noord-Franse landschap. Toch is het ergens wel herkenbaar, want België en Nederland zien er totaal anders uit.
Het immens grote Gare du Nord.
Nou, Parijs. Een perfecte plek voor een romantische stedentrip toch! Precies, we hebben hier 4 uurtjes tot onze volgende trein gaat, dus er is werk aan de winkel. We beginnen makkelijk door de lokale fauna te aanschouwen:
Daarna is het tijd voor een korte wandeling naar Montmartre. Eerst wisselen we nog achter een vuilcontainer van een lange naar een korte broek, want het is hier opeens verrekte warm. Daarna is het tijd om mijn coronalongetjes te laten lijden, want de funiculaire is €1.90 voor een ritje van anderhalve minuut, en dat ga ik echt niet betalen.
Bovenaan staat de welbekende Sacre-Coeur. Ik heb expres het WC-gebouwtje onderin niet uitgeknipt voor de authentieke ervaring, want deze hele berg stinkt naar pis.
En nog twee trapjes op heb je dan dit uitzicht:
Montmartre is een übertoeristische heuvel. Hoewel het er erg mooi is, zit het er inmiddels vol toeristenwinkeltjes, die allemaal dezelfde meuk verkopen met Eiffeltorens en logo's van de plaatselijke voetbalclub. Verder kan je hier nog wel authentiek Parijs vinden, als je maar wegblijft van alles met een Engelse vertaling eronder.
De makkelijke route naar boven.
Eenmaal beneden gaan was het wel weer genoeg afzien op trappen, dus we gaan verder met de metro. De Parijse metro is een bijzonder systeem, want het hele systeem zit binnen poortjes. Ik heb het idee dat al die overstappen verzorgen binnen de poortjes meer gedoe was dan andere kaartjes regelen, want sommige stations zijn een waar doolhof geworden.
Station Cité
We nemen de metro naar Barbès – Rochechouart, waar we overstappen op de metro naar Cité. Tot mijn verbazing zijn wij hier de enige uitstappers, en is het ook bovenaan een oase van rust. Dat had ik niet verwacht hier middenin Parijs. Bovenaan de trap blijkt dat onze in Lille gekochte olijven nu al zijn gaan lekken, dus we lassen hier een impromptu etenspauze in. Lekker hurken tussen twee bomen terwijl je op een rolkoffer gebalanceerde olijven eet.
Na onze lekkere olijven lopen we door, waar we de Notre Dame tegenkomen. Deze blijkt nog steeds afgebrand, alhoewel het van deze kant meevalt.
Geen tijd om te blijven plakken, we moeten door! Vanaf Cité lopen we naar het Louvre. Eerst naar de punt van dit eiland, om vervolgens over te steken en het immense plein van het Louvre op te lopen.
De Seine
Hier rechts zie je de ex-Voie Georges Pompidou. Deze ex-president van Frankrijk had het geweldige idee om allerlei snelwegen door Parijs aan te leggen, en deze weg was het enige deel van zijn plan wat daadwerkelijk gebouwd is. Het was een eenrichtingsweg van 13 kilometer, welke langs de Seine liep van en naar de Périphérique. De laatste tijd worden echter steeds meer delen van deze weg omgebouwd naar voetgangersgebieden, en er resteert enkel nog een stuk in het westen van Parijs, welke ook al is omgebouwd van een eenrichtingsweg met 2 rijstroken naar een enkelstrooks weg en een tweerichtingsfietspad. Voor de stad alleen maar beter, maar als liefhebber van oude infrastructuur was het altijd bijzonder om te zien.
Vanaf hier is het maar een kort stukje naar het Louvre, met de welbekende glazen pyramide:
Mooi he? Hup, snel door, we hebben nog maar anderhalf uur. Via deze bus springen we de metro weer in, welke ons naar station Franklin D. Roosevelt brengt.
In dit station kan je overstappen op lijn 9 naar Trocadéro, maar je moet er nog wel even door een kilometer aan tunnels lopen. Als je het niet weet lijkt er maar geen eind aan te komen, want er zitten flink wat bochten in.
Trocadéro is bekend vanwege de Jardins de Trocadéro, welke helaas compleet zijn afgesloten vanwege een of ander podium. Gelukkig is er het uitzicht nog:
Hierna gaan we snel weer terug naar de metro, want we hadden nog maar een uur tot onze trein. Vanaf Trocadéro reizen we direct naar Bonne Nouvelle, wat een erg toepasselijke naam is omdat het betekent dat ik niet weer door die klotetunnels hoef te slenteren. De metro's zijn druk, en trekken hard op. Ik ben maar 3x onderuit gegaan!
Zoals je kan zien, is dit bijna een leuk wijkje. Er zijn veel winkeltjes en er is veel leven op straat, maar elke keer als er een auto aan komt moet iedereen opzij, en de trottoirs zelf zijn gewoon te smal. Parijs lijkt echter het licht gezien te hebben, en steeds meer parkeerplaatsen worden opgeheven om plaats te maken voor grotere terrassen, en ook steeds meer straatjes worden ingericht als voetgangersgebied. Parijs, je komt er nog wel.
Wij doen snel wat boodschappen voor ons avondeten voor vanavond, waarna we richting Gare de l'Est lopen.
Het immense Gare de l'Est. Toch vertrekt de laatste trein hier al om 23 uur.
We zijn wat laat, dus moeten rennen voor deze trein. TGV-treinen vertrekken vanuit de rechterkant van het station, terwijl we helemaal links binnenkomen. Oeps.
Na flink doorstappen ploffen we neer in onze gereserveerde plaatsen. Tijd voor een welverdiend koud biertje. Deze TGV brengt ons in 2,5 uur naar Luxemburg, onze eindbestemming voor vandaag. Paris – Metz gaat via de LGV Est in slechts 90 minuten, een reis welke per auto 3,5 uur zou duren. Daarna boemelen we echter langs de Moselle op relatief lage snelheid, waardoor het laatste korte stukje nog relatief lang duurt. Maar zoals het de SNCF betaamt zijn we geheel op tijd.
Door de velden…
…en over de Moselle.
We komen met -3 aan in Luxemburg, waardoor we met een beetje doorstappen onze bus nog kunnen halen. De spoorlijn Luxemburg – Gouvy ligt eruit, dus wij nemen lijn L10 naar station Dommeldange. Eindpunt van vandaag.
De laatste bus van vandaag.
Institut Emile Metz. Mooi gebouw hoor, maar ik ben blij dat ik er niet naast woon.
Dag 2! We zijn al vroeg wakker, want de gordijnen in ons appartement zijn waardeloos. Na vakkundig alle kussens en dekens tegen de ramen aan te barricaderen, kunnen we gelukkig nog even doorslapen. Zo begint onze dag pas om 11:00, met een tochtje naar de Lidl. Wat eten we dan in Luxemburg? Een maaltijdset voor Curry Madras, en ieder twee van deze dingen:
Heen gingen we met de bus, maar terug lopen we, waar ik nog wat foto's van de bussen heb kunnen nemen:
We beginnen met een ritje op bus 23 naar Luxemburg Gare. Ons appartement zit vlakbij het beginpunt Eich Centre Culturel, en deze route leek ons wel interessant. Halverwege ziet mijn vriendin echter iets, en ze ramt meteen op de stopknop.
Dit is Clausen. Vroeger zat hier de Mousel-brouwerij, maar tegenwoordig is dit een drukke uitgaansplek in Luxemburg. Helaas waren wij hier om 12:00, maar zelfs dan ziet het er al aardig sfeervol uit. Ik zou hier graag 's avonds terugkomen.
We gaan snel weer door, door lijn 15 de verkeerde kant uit te nemen. Gelukkig komen we er na 1 halte achter en stappen we over op de goede bus. En net zoals in de vorige bus ziet mijn vriendin een poort en ramt ze op de stopknop.
Dräi Tierm, Drie Torens dus. Deze poort staat er al bijna 1000 jaar. Zou je niet zeggen als je hem zo ziet.
Liefhebbers van poortjes kunnen hier hun lol op.
En na deze korte klim zijn we weer boven in het centrum van Luxemburg. Hier hebben ze enkele straten gedecoreerd door lampenkappen aan de gebouwen te hangen. Ik vond de gewoonte om paraplu's op te hangen in sommige steden al vreemd, maar dit slaat al helemaal nergens op. Ach, de straatjes zelf zijn leuk.
Deze straat brengt ons bij het Place Guillaume II, wat in het Luxemburgs blijkbaar Knuedler heet. Juist… Helaas is dit plein al een jaar een bouwput voor redenen die ik nog steeds niet weet. Maar uh, Guillaume II? Inderdaad, dit plein is vernoemd naar onze Willem II, welke naast Koning der Nederlanden ook Groothertog van Luxemburg was.
Hier eten we bij restaurant Beet, een vegan burgerzaak. Zoals ik een Luxemburger hoorde zeggen: "Het beste aan dit land is het eten, Franse kwaliteit met Duitse porties." Het was lekker, en het was veel.
Hierna lopen we (licht aangeschoten) weer door. Het opvallendste aan Luxemburg is wel het hoogteverschil. De binnenstad en het moderne zakencentrum op het plateau van Kirchberg liggen een stuk hoger dan de oude delen in Pfaffenthal. Ik ben benieuwd hoe het hier met de overstromingen gegaan is, want het kleine beekje onder in de vallei had wel erg veel kale grond naast zich opeens.
Gaass = gasse snap ik nog wel, maar hoe je van Notre-Dame op Ënnescht terecht komt zal ik niet snappen.
Dan komen we in een straat die voor mijn vriendin wel erg vertrouwd aanvoelt:
✔ Duits
✔ Frans
✔ Rare lokale taal
✔ Veel te rijke bevolking
✔ Zwitserse vlaggen
We zijn in Zwitserland!
Helaas is het gewoon een horlogewinkel.
Tetten!
Wat ook opvallend is aan Luxemburg is dat het vliegveld vlakbij de stad ligt, en door de ligging van de landingsbaan komt vrijwel al dit vliegverkeer recht over de stad. Wat passagiers betreft is Luxemburg-Findel maar een kleine speler in Europa, met 4.4 miljoen passagiers per jaar. Ter vergelijking, Eindhoven haalt er zo'n 6 miljoen. Wat vracht betreft is Cargolux een van de grootste maatschappijen ter wereld, en Luxemburg is dan ook het 5e drukste vliegveld in Europa wat vracht betreft. Zo is het hier een komen en gaan van Boeing 747's en 777's die naar de hele wereld vliegen.
Wij blijven echter gewoon op de grond, en steken over naar de andere kant van Luxemburg per brug.
De Spuerkeess. Een bank dus. Duurde mij ook even voordat ik doorhad dat het gewoon Sparkasse betekende.
Ondanks het gratis OV zijn er nog genoeg toeristenbusjes en -treintjes te vinden in Luxemburg. Over het algemeen zijn ze erg leeg, dus deze zullen ook nog wel verdwijnen.
Helemaal bezweet van het vele lopen in de zon komen we aan op het station van Luxemburg, waar we de eerste de beste trein instappen die we zijn. Geen idee waar die heengaat, maar goed. Er is airco, en dat is wat uitmaakt.
Ah, daar zitten we dus in.
Een rit van een half uurtje brengt ons in Esch-sur-Alzette, met 35.000 inwoners de tweede grootste plaats van Luxemburg. Over het station loopt een vrij hoge brug, wat hopelijk een mooi uitzicht geeft. Helaas is er echter niks te zien omdat er daar net een muur staat.
Onze tegentrein welke terug naar Luxemburg rijdt.
Het stoptreintje naar Audun-le-Tiche, net over de grens in Frankrijk.
Esch lijkt niet bijzonder veel voor te stellen, en het enige oude gebouw staat in de steigers. Snel terug naar het station voor de volgende trein!
Station Esch-sur-Alzette. Laten we het erop houden dat het bijzonder is.
Ook hier nemen we de eerste trein die aankomt, wat de RE naar Rodange is. Net als alle treinen vandaag stoppen wij niet in Oberkorn. Toch wel een gemis, want de Britse groep Depeche Mode heeft er een nummer over gemaakt en ik was dus wel nieuwsgierig waarom ze uitgerekend deze plaats gekozen hadden.
In Rodange blijven werkzaamheden te zijn, dus we stappen weer terug in de trein naar Luxemburg. Hebben we in elk geval een lijntje af kunnen strepen.
Onze trein in Rodange
Wij nemen de bus naar het theater, waar we de grote rode brug oplopen die Luxemburg met Kirchberg verbindt.
Aan deze brug vallen twee dingen op: Ten eerste zit hij helemaal vol grote spinnen, en ten tweede geeft hij een mooi uitzicht over Pfaffenthal:
Dat centrumpje daarbeneden ziet er best aardig uit, dus dat gaan we even van dichterbij bekijken. Gelukkig heeft Luxemburg daar iets handigs voor, namelijk de Funiculaire welke je vanaf bovenaf tot net iets minder dan halverwege het dal brengt, waarna je alsnog de lift moet nemen.
Dit is de enige funiculaire in Luxemburg, en door de spoorwerkzaamheden op de aansluitende spoorlijn is hij compleet uitgestorven.
We gaan snel weer naar boven, want het begint zo 's avonds flink af te koelen. Natuurlijk nemen we niet dezelfde weg terug, maar we nemen de lift. Deze lift is maar liefst 60 meter hoog en gaat omhoog met 2.5 meter per seconde. Dat lijkt niet veel, maar zo verticaal omhoog voel je het aardig in je benen.
Bovenaan nemen we bus 10 welke ons recht voor ons appartement afzet. Het was een vermoeiende maar leuke dag. Voordat we kunnen rusten moeten we echter nog ons currypakket van de Lidl in elkaar flanzen, en onze volgens de advertentie "fully equiped" keuken liet te wensen over, maar gelukkig ben ik creatief.
Let niet op de rotzooi, want ook keukenrol of een vaatdoek hoort blijkbaar niet bij een volledig uitgeruste keuken.
Dag 3! Het is alweer tijd om naar huis te gaan, want het geld is op. We gaan natuurlijk niet via de snelste route, want die is overstroomd en ik had geen zin in treinvervangend busvervoer. Nee, we gaan via de Moselstrecke naar Koblenz en vanaf daar richting huis. Wat kan er nou fout gaan? Nou, veel. We beginnen met een ritje in bus 10 welke ons in een kwartiertje naar het station brengt:
Het station van Luxemburg, wat ik nog nooit zonder tegenlicht heb kunnen zien.
Gelukkig is het van binnen ook wel aardig.
Door spoorwerkzaamheden rijden er geen treinen tussen Luxemburg en Sandweiler-Contern. Nou oké, maar van de daaropvolgende maatregelen snap ik echt helemaal niks.
De RE tussen Luxemburg en Sandweiler-Contern rijdt niet, terwijl de RB omrijdt via een normaal amper gebruikt spoorlijntje. Er is echter geen aansluiting tussen de twee, maar wel treinvervangend vervoer voor de RE. Je kan nu 6 minuten later vertrekken uit Luxemburg, maar waarom die RE niet gewoon stopt op Oetrange zodat er een aansluiting is? Ik snap er niks van. Het treinvervangend vervoer reed dan ook leeg rond.
Maar goed, wij gaan dus met de RB, kunnen we meteen een zeldzaam lijntje afstrepen.
Eerst vertrekt nog de TER naar Nancy.
En dan is daar eindelijk onze RB, welke wij nemen tot Trier.
In Trier hebben wij een ruim kwartiertje. Helaas net te weinig tijd om naar de Porta Negra op en neer te lopen.
Trier Hbf.
We gaan door met de RE1/RE11. De eerdergenoemde RE uit Luxemburg wordt hier gekoppeld aan de RE1 uit Mannheim, welke dan samen verder rijden naar Koblenz. Het ziet er raar uit, een dubbeldekker gekoppeld aan een enkeldekker uit een ander land, maar waarom ook niet.
In de trein probeer ik nog wat foto's van de Mosel te nemen, maar de ramen zijn erg reflecterend, dus jullie zullen het hiermee moeten doen.
In Cochem stappen we uit. Dit plaatje heeft een oud centrum met leuke straatjes en is goed te zien in een uurtje. Helaas is er enkele jaren terug een Roompot-vakantiepark gebouwd, waardoor nu half Nederland hier te vinden is.
Er is ook een kasteel te vinden, maar wij hadden allebei bijzonder weinig zin om een rolkoffer naar boven te sjouwen.
Het stationsgebouw van Cochem.
En dan, na een uur lang naar kentekenplaten staren had ik eindelijk gevonden waarnaar ik zocht:
We lopen weer terug naar het station, waar de volgende RE1/RE11 ons naar Koblenz zal brengen.
Hier komen we aan om 14:56, en omdat dit Duitsland is hebben we een overstap van een kwartier op de IC-trein van 14:44 richting Köln. Goed geregeld DB. In Köln komen we aan om 16:20, wat ons een nette overstap geeft op de ICE van 15:28 richting Brussel.
Helaas heeft die opeens +90, dus halen we wat te eten en gaan we verder per RRX naar Aachen, welke gelukkig slechts +17 heeft. Ja, we hadden ook de ICE naar Nederland kunnen pakken, maar dan had ik een kaartje vanaf Venlo moeten kopen en die zijn duur.
Avondeten! Alleen om die lekkere wasabi-mayo zou ik dit al aanbevelen.
In Aachen heeft de ICE naar Brussel +120, en de volgende valt uit. Ook hier negeren we het makkelijke alternatief, en nemen we de avontuurlijke route.
Waarom makkelijk doen…
…als het ook leuk kan?
Ik had nog nooit in zo'n klassiekje gezeten, en ik hoop dat dit ook de laatste keer is. Met de 25 graden van vandaag was het al niet uit te houden in dit ding. Met +10 komen we in Welkenraedt aan, en moeten we nog een half uur wachten op de IC-trein naar Leuven. Dan maar even de omgeving verkennen.
Welkenraedt heeft een groot plein, waar bijzonder weinig gebeurt. Er staat een foodtruck opgesteld aan het einde, en er spelen wat kinderen. Waar ik sta van te kijken is dat iedereen hier Frans spreekt, ik dacht eerlijk gezegd dat dit nog onder Ostbelgien viel. Oeps.
Het bijzonder lelijke stationsgebouw van Welkenraedt.
Op station Welkenraedt hebben we een nieuwe vriend gevonden: Iemand heeft een plantje laten staan op een prullenbak. Die is voor mij! Wat googlen leert me dat de pepers eetbaar zijn, en nog belangrijker: Het plantje staat erg mooi bij het interieur van de M7-rijtuigen die ons naar Leuven gaan brengen.
Deze IC neemt door de overstromingen een bijzondere route: Vanaf Welkenraedt gaan we een zijspoortje op richting de Montzenroute, en deze volgen we tot Visé. Dit is een half uur langer vergeleken met de normale route, en ik snap ook niet waarom ze hier niet gewoon een snelbus voor inzetten, want dat zou ook ruim sneller en goedkoper zijn. Maar ach, ik kan weer een lijntje afstrepen.
Eenmaal in Leuven kijken we ook nog even buiten het station:
En dan is het alweer tijd voor de op een na laatste trein voor vandaag, de IC naar Mechelen, welke naar goed Belgisch gebruik vooral stopt op stations met onverharde platformen. In Mechelen nemen we de IC naar Breda, en dat is alweer het einde van een uitputtende, maar geslaagde trip.
Ik moet echt eens stoppen met dagen zo vol plannen, want ik heb na mijn vakanties altijd een dag nodig om uit te rusten.
Zo stonden we 20 juli alweer op station Breda, waar we de IC Brussel van 10:42 nemen. Eerder kon helaas niet in verband met een trein die later op de dag op de planning stond. Hoewel ik een paar maanden geleden altijd pech had met deze verbinding, is hij de laatste tijd verrassend vaak op tijd.
Antwerpen Centraal is hier inmiddels wel bekend, en onze aansluiting was vandaag een stuk krapper dan normaal, dus ik heb hier alleen een foto genomen van onze volgende trein, de IC-trein naar Lille-Flandres, welke wij zullen nemen tot Rijsel-Vlaanderen. Een weinig spannende rit. Zoals gewoon zit deze trein ramvol tot Gent, om vervolgens leeg te stromen. In Kortrijk stappen nog wat mensen over die in het andere treindeel zaten, en zo komen we op tijd in Lille aan.
In Lille doen we nog wat inkopen bij de Carrefour, en nemen we vervolgens de TGV naar Paris-Nord. Een gelukkig weinig noemenswaardige rit, behalve dat ik na een toiletbezoek maar liefst 7 toiletten in 3 wagons af moest gaan om eindelijk zeep en water te vinden. Ik had al te veel positieve ervaringen in Frankrijk, maar gelukkig kunnen ze nog bewijzen net zo ranzig te zijn als de gemiddelde aire langs les Autoroutes. In elk geval rijden we op tijd, iets wat me bij de Duitsers niet vaak lukt.
Een Franse lunch voor een Hollands prijsje.
Het weinig spannende Noord-Franse landschap. Toch is het ergens wel herkenbaar, want België en Nederland zien er totaal anders uit.
Het immens grote Gare du Nord.
Nou, Parijs. Een perfecte plek voor een romantische stedentrip toch! Precies, we hebben hier 4 uurtjes tot onze volgende trein gaat, dus er is werk aan de winkel. We beginnen makkelijk door de lokale fauna te aanschouwen:
Daarna is het tijd voor een korte wandeling naar Montmartre. Eerst wisselen we nog achter een vuilcontainer van een lange naar een korte broek, want het is hier opeens verrekte warm. Daarna is het tijd om mijn coronalongetjes te laten lijden, want de funiculaire is €1.90 voor een ritje van anderhalve minuut, en dat ga ik echt niet betalen.
Bovenaan staat de welbekende Sacre-Coeur. Ik heb expres het WC-gebouwtje onderin niet uitgeknipt voor de authentieke ervaring, want deze hele berg stinkt naar pis.
En nog twee trapjes op heb je dan dit uitzicht:
Montmartre is een übertoeristische heuvel. Hoewel het er erg mooi is, zit het er inmiddels vol toeristenwinkeltjes, die allemaal dezelfde meuk verkopen met Eiffeltorens en logo's van de plaatselijke voetbalclub. Verder kan je hier nog wel authentiek Parijs vinden, als je maar wegblijft van alles met een Engelse vertaling eronder.
De makkelijke route naar boven.
Eenmaal beneden gaan was het wel weer genoeg afzien op trappen, dus we gaan verder met de metro. De Parijse metro is een bijzonder systeem, want het hele systeem zit binnen poortjes. Ik heb het idee dat al die overstappen verzorgen binnen de poortjes meer gedoe was dan andere kaartjes regelen, want sommige stations zijn een waar doolhof geworden.
Station Cité
We nemen de metro naar Barbès – Rochechouart, waar we overstappen op de metro naar Cité. Tot mijn verbazing zijn wij hier de enige uitstappers, en is het ook bovenaan een oase van rust. Dat had ik niet verwacht hier middenin Parijs. Bovenaan de trap blijkt dat onze in Lille gekochte olijven nu al zijn gaan lekken, dus we lassen hier een impromptu etenspauze in. Lekker hurken tussen twee bomen terwijl je op een rolkoffer gebalanceerde olijven eet.
Na onze lekkere olijven lopen we door, waar we de Notre Dame tegenkomen. Deze blijkt nog steeds afgebrand, alhoewel het van deze kant meevalt.
Geen tijd om te blijven plakken, we moeten door! Vanaf Cité lopen we naar het Louvre. Eerst naar de punt van dit eiland, om vervolgens over te steken en het immense plein van het Louvre op te lopen.
De Seine
Hier rechts zie je de ex-Voie Georges Pompidou. Deze ex-president van Frankrijk had het geweldige idee om allerlei snelwegen door Parijs aan te leggen, en deze weg was het enige deel van zijn plan wat daadwerkelijk gebouwd is. Het was een eenrichtingsweg van 13 kilometer, welke langs de Seine liep van en naar de Périphérique. De laatste tijd worden echter steeds meer delen van deze weg omgebouwd naar voetgangersgebieden, en er resteert enkel nog een stuk in het westen van Parijs, welke ook al is omgebouwd van een eenrichtingsweg met 2 rijstroken naar een enkelstrooks weg en een tweerichtingsfietspad. Voor de stad alleen maar beter, maar als liefhebber van oude infrastructuur was het altijd bijzonder om te zien.
Vanaf hier is het maar een kort stukje naar het Louvre, met de welbekende glazen pyramide:
Mooi he? Hup, snel door, we hebben nog maar anderhalf uur. Via deze bus springen we de metro weer in, welke ons naar station Franklin D. Roosevelt brengt.
In dit station kan je overstappen op lijn 9 naar Trocadéro, maar je moet er nog wel even door een kilometer aan tunnels lopen. Als je het niet weet lijkt er maar geen eind aan te komen, want er zitten flink wat bochten in.
Trocadéro is bekend vanwege de Jardins de Trocadéro, welke helaas compleet zijn afgesloten vanwege een of ander podium. Gelukkig is er het uitzicht nog:
Hierna gaan we snel weer terug naar de metro, want we hadden nog maar een uur tot onze trein. Vanaf Trocadéro reizen we direct naar Bonne Nouvelle, wat een erg toepasselijke naam is omdat het betekent dat ik niet weer door die klotetunnels hoef te slenteren. De metro's zijn druk, en trekken hard op. Ik ben maar 3x onderuit gegaan!
Zoals je kan zien, is dit bijna een leuk wijkje. Er zijn veel winkeltjes en er is veel leven op straat, maar elke keer als er een auto aan komt moet iedereen opzij, en de trottoirs zelf zijn gewoon te smal. Parijs lijkt echter het licht gezien te hebben, en steeds meer parkeerplaatsen worden opgeheven om plaats te maken voor grotere terrassen, en ook steeds meer straatjes worden ingericht als voetgangersgebied. Parijs, je komt er nog wel.
Wij doen snel wat boodschappen voor ons avondeten voor vanavond, waarna we richting Gare de l'Est lopen.
Het immense Gare de l'Est. Toch vertrekt de laatste trein hier al om 23 uur.
We zijn wat laat, dus moeten rennen voor deze trein. TGV-treinen vertrekken vanuit de rechterkant van het station, terwijl we helemaal links binnenkomen. Oeps.
Na flink doorstappen ploffen we neer in onze gereserveerde plaatsen. Tijd voor een welverdiend koud biertje. Deze TGV brengt ons in 2,5 uur naar Luxemburg, onze eindbestemming voor vandaag. Paris – Metz gaat via de LGV Est in slechts 90 minuten, een reis welke per auto 3,5 uur zou duren. Daarna boemelen we echter langs de Moselle op relatief lage snelheid, waardoor het laatste korte stukje nog relatief lang duurt. Maar zoals het de SNCF betaamt zijn we geheel op tijd.
Door de velden…
…en over de Moselle.
We komen met -3 aan in Luxemburg, waardoor we met een beetje doorstappen onze bus nog kunnen halen. De spoorlijn Luxemburg – Gouvy ligt eruit, dus wij nemen lijn L10 naar station Dommeldange. Eindpunt van vandaag.
De laatste bus van vandaag.
Institut Emile Metz. Mooi gebouw hoor, maar ik ben blij dat ik er niet naast woon.
Dag 2! We zijn al vroeg wakker, want de gordijnen in ons appartement zijn waardeloos. Na vakkundig alle kussens en dekens tegen de ramen aan te barricaderen, kunnen we gelukkig nog even doorslapen. Zo begint onze dag pas om 11:00, met een tochtje naar de Lidl. Wat eten we dan in Luxemburg? Een maaltijdset voor Curry Madras, en ieder twee van deze dingen:
Heen gingen we met de bus, maar terug lopen we, waar ik nog wat foto's van de bussen heb kunnen nemen:
We beginnen met een ritje op bus 23 naar Luxemburg Gare. Ons appartement zit vlakbij het beginpunt Eich Centre Culturel, en deze route leek ons wel interessant. Halverwege ziet mijn vriendin echter iets, en ze ramt meteen op de stopknop.
Dit is Clausen. Vroeger zat hier de Mousel-brouwerij, maar tegenwoordig is dit een drukke uitgaansplek in Luxemburg. Helaas waren wij hier om 12:00, maar zelfs dan ziet het er al aardig sfeervol uit. Ik zou hier graag 's avonds terugkomen.
We gaan snel weer door, door lijn 15 de verkeerde kant uit te nemen. Gelukkig komen we er na 1 halte achter en stappen we over op de goede bus. En net zoals in de vorige bus ziet mijn vriendin een poort en ramt ze op de stopknop.
Dräi Tierm, Drie Torens dus. Deze poort staat er al bijna 1000 jaar. Zou je niet zeggen als je hem zo ziet.
Liefhebbers van poortjes kunnen hier hun lol op.
En na deze korte klim zijn we weer boven in het centrum van Luxemburg. Hier hebben ze enkele straten gedecoreerd door lampenkappen aan de gebouwen te hangen. Ik vond de gewoonte om paraplu's op te hangen in sommige steden al vreemd, maar dit slaat al helemaal nergens op. Ach, de straatjes zelf zijn leuk.
Deze straat brengt ons bij het Place Guillaume II, wat in het Luxemburgs blijkbaar Knuedler heet. Juist… Helaas is dit plein al een jaar een bouwput voor redenen die ik nog steeds niet weet. Maar uh, Guillaume II? Inderdaad, dit plein is vernoemd naar onze Willem II, welke naast Koning der Nederlanden ook Groothertog van Luxemburg was.
Hier eten we bij restaurant Beet, een vegan burgerzaak. Zoals ik een Luxemburger hoorde zeggen: "Het beste aan dit land is het eten, Franse kwaliteit met Duitse porties." Het was lekker, en het was veel.
Hierna lopen we (licht aangeschoten) weer door. Het opvallendste aan Luxemburg is wel het hoogteverschil. De binnenstad en het moderne zakencentrum op het plateau van Kirchberg liggen een stuk hoger dan de oude delen in Pfaffenthal. Ik ben benieuwd hoe het hier met de overstromingen gegaan is, want het kleine beekje onder in de vallei had wel erg veel kale grond naast zich opeens.
Gaass = gasse snap ik nog wel, maar hoe je van Notre-Dame op Ënnescht terecht komt zal ik niet snappen.
Dan komen we in een straat die voor mijn vriendin wel erg vertrouwd aanvoelt:
✔ Duits
✔ Frans
✔ Rare lokale taal
✔ Veel te rijke bevolking
✔ Zwitserse vlaggen
We zijn in Zwitserland!
Helaas is het gewoon een horlogewinkel.
Tetten!
Wat ook opvallend is aan Luxemburg is dat het vliegveld vlakbij de stad ligt, en door de ligging van de landingsbaan komt vrijwel al dit vliegverkeer recht over de stad. Wat passagiers betreft is Luxemburg-Findel maar een kleine speler in Europa, met 4.4 miljoen passagiers per jaar. Ter vergelijking, Eindhoven haalt er zo'n 6 miljoen. Wat vracht betreft is Cargolux een van de grootste maatschappijen ter wereld, en Luxemburg is dan ook het 5e drukste vliegveld in Europa wat vracht betreft. Zo is het hier een komen en gaan van Boeing 747's en 777's die naar de hele wereld vliegen.
Wij blijven echter gewoon op de grond, en steken over naar de andere kant van Luxemburg per brug.
De Spuerkeess. Een bank dus. Duurde mij ook even voordat ik doorhad dat het gewoon Sparkasse betekende.
Ondanks het gratis OV zijn er nog genoeg toeristenbusjes en -treintjes te vinden in Luxemburg. Over het algemeen zijn ze erg leeg, dus deze zullen ook nog wel verdwijnen.
Helemaal bezweet van het vele lopen in de zon komen we aan op het station van Luxemburg, waar we de eerste de beste trein instappen die we zijn. Geen idee waar die heengaat, maar goed. Er is airco, en dat is wat uitmaakt.
Ah, daar zitten we dus in.
Een rit van een half uurtje brengt ons in Esch-sur-Alzette, met 35.000 inwoners de tweede grootste plaats van Luxemburg. Over het station loopt een vrij hoge brug, wat hopelijk een mooi uitzicht geeft. Helaas is er echter niks te zien omdat er daar net een muur staat.
Onze tegentrein welke terug naar Luxemburg rijdt.
Het stoptreintje naar Audun-le-Tiche, net over de grens in Frankrijk.
Esch lijkt niet bijzonder veel voor te stellen, en het enige oude gebouw staat in de steigers. Snel terug naar het station voor de volgende trein!
Station Esch-sur-Alzette. Laten we het erop houden dat het bijzonder is.
Ook hier nemen we de eerste trein die aankomt, wat de RE naar Rodange is. Net als alle treinen vandaag stoppen wij niet in Oberkorn. Toch wel een gemis, want de Britse groep Depeche Mode heeft er een nummer over gemaakt en ik was dus wel nieuwsgierig waarom ze uitgerekend deze plaats gekozen hadden.
In Rodange blijven werkzaamheden te zijn, dus we stappen weer terug in de trein naar Luxemburg. Hebben we in elk geval een lijntje af kunnen strepen.
Onze trein in Rodange
Wij nemen de bus naar het theater, waar we de grote rode brug oplopen die Luxemburg met Kirchberg verbindt.
Aan deze brug vallen twee dingen op: Ten eerste zit hij helemaal vol grote spinnen, en ten tweede geeft hij een mooi uitzicht over Pfaffenthal:
Dat centrumpje daarbeneden ziet er best aardig uit, dus dat gaan we even van dichterbij bekijken. Gelukkig heeft Luxemburg daar iets handigs voor, namelijk de Funiculaire welke je vanaf bovenaf tot net iets minder dan halverwege het dal brengt, waarna je alsnog de lift moet nemen.
Dit is de enige funiculaire in Luxemburg, en door de spoorwerkzaamheden op de aansluitende spoorlijn is hij compleet uitgestorven.
We gaan snel weer naar boven, want het begint zo 's avonds flink af te koelen. Natuurlijk nemen we niet dezelfde weg terug, maar we nemen de lift. Deze lift is maar liefst 60 meter hoog en gaat omhoog met 2.5 meter per seconde. Dat lijkt niet veel, maar zo verticaal omhoog voel je het aardig in je benen.
Bovenaan nemen we bus 10 welke ons recht voor ons appartement afzet. Het was een vermoeiende maar leuke dag. Voordat we kunnen rusten moeten we echter nog ons currypakket van de Lidl in elkaar flanzen, en onze volgens de advertentie "fully equiped" keuken liet te wensen over, maar gelukkig ben ik creatief.
Let niet op de rotzooi, want ook keukenrol of een vaatdoek hoort blijkbaar niet bij een volledig uitgeruste keuken.
Dag 3! Het is alweer tijd om naar huis te gaan, want het geld is op. We gaan natuurlijk niet via de snelste route, want die is overstroomd en ik had geen zin in treinvervangend busvervoer. Nee, we gaan via de Moselstrecke naar Koblenz en vanaf daar richting huis. Wat kan er nou fout gaan? Nou, veel. We beginnen met een ritje in bus 10 welke ons in een kwartiertje naar het station brengt:
Het station van Luxemburg, wat ik nog nooit zonder tegenlicht heb kunnen zien.
Gelukkig is het van binnen ook wel aardig.
Door spoorwerkzaamheden rijden er geen treinen tussen Luxemburg en Sandweiler-Contern. Nou oké, maar van de daaropvolgende maatregelen snap ik echt helemaal niks.
De RE tussen Luxemburg en Sandweiler-Contern rijdt niet, terwijl de RB omrijdt via een normaal amper gebruikt spoorlijntje. Er is echter geen aansluiting tussen de twee, maar wel treinvervangend vervoer voor de RE. Je kan nu 6 minuten later vertrekken uit Luxemburg, maar waarom die RE niet gewoon stopt op Oetrange zodat er een aansluiting is? Ik snap er niks van. Het treinvervangend vervoer reed dan ook leeg rond.
Maar goed, wij gaan dus met de RB, kunnen we meteen een zeldzaam lijntje afstrepen.
Eerst vertrekt nog de TER naar Nancy.
En dan is daar eindelijk onze RB, welke wij nemen tot Trier.
In Trier hebben wij een ruim kwartiertje. Helaas net te weinig tijd om naar de Porta Negra op en neer te lopen.
Trier Hbf.
We gaan door met de RE1/RE11. De eerdergenoemde RE uit Luxemburg wordt hier gekoppeld aan de RE1 uit Mannheim, welke dan samen verder rijden naar Koblenz. Het ziet er raar uit, een dubbeldekker gekoppeld aan een enkeldekker uit een ander land, maar waarom ook niet.
In de trein probeer ik nog wat foto's van de Mosel te nemen, maar de ramen zijn erg reflecterend, dus jullie zullen het hiermee moeten doen.
In Cochem stappen we uit. Dit plaatje heeft een oud centrum met leuke straatjes en is goed te zien in een uurtje. Helaas is er enkele jaren terug een Roompot-vakantiepark gebouwd, waardoor nu half Nederland hier te vinden is.
Er is ook een kasteel te vinden, maar wij hadden allebei bijzonder weinig zin om een rolkoffer naar boven te sjouwen.
Het stationsgebouw van Cochem.
En dan, na een uur lang naar kentekenplaten staren had ik eindelijk gevonden waarnaar ik zocht:
We lopen weer terug naar het station, waar de volgende RE1/RE11 ons naar Koblenz zal brengen.
Hier komen we aan om 14:56, en omdat dit Duitsland is hebben we een overstap van een kwartier op de IC-trein van 14:44 richting Köln. Goed geregeld DB. In Köln komen we aan om 16:20, wat ons een nette overstap geeft op de ICE van 15:28 richting Brussel.
Helaas heeft die opeens +90, dus halen we wat te eten en gaan we verder per RRX naar Aachen, welke gelukkig slechts +17 heeft. Ja, we hadden ook de ICE naar Nederland kunnen pakken, maar dan had ik een kaartje vanaf Venlo moeten kopen en die zijn duur.
Avondeten! Alleen om die lekkere wasabi-mayo zou ik dit al aanbevelen.
In Aachen heeft de ICE naar Brussel +120, en de volgende valt uit. Ook hier negeren we het makkelijke alternatief, en nemen we de avontuurlijke route.
Waarom makkelijk doen…
…als het ook leuk kan?
Ik had nog nooit in zo'n klassiekje gezeten, en ik hoop dat dit ook de laatste keer is. Met de 25 graden van vandaag was het al niet uit te houden in dit ding. Met +10 komen we in Welkenraedt aan, en moeten we nog een half uur wachten op de IC-trein naar Leuven. Dan maar even de omgeving verkennen.
Welkenraedt heeft een groot plein, waar bijzonder weinig gebeurt. Er staat een foodtruck opgesteld aan het einde, en er spelen wat kinderen. Waar ik sta van te kijken is dat iedereen hier Frans spreekt, ik dacht eerlijk gezegd dat dit nog onder Ostbelgien viel. Oeps.
Het bijzonder lelijke stationsgebouw van Welkenraedt.
Op station Welkenraedt hebben we een nieuwe vriend gevonden: Iemand heeft een plantje laten staan op een prullenbak. Die is voor mij! Wat googlen leert me dat de pepers eetbaar zijn, en nog belangrijker: Het plantje staat erg mooi bij het interieur van de M7-rijtuigen die ons naar Leuven gaan brengen.
Deze IC neemt door de overstromingen een bijzondere route: Vanaf Welkenraedt gaan we een zijspoortje op richting de Montzenroute, en deze volgen we tot Visé. Dit is een half uur langer vergeleken met de normale route, en ik snap ook niet waarom ze hier niet gewoon een snelbus voor inzetten, want dat zou ook ruim sneller en goedkoper zijn. Maar ach, ik kan weer een lijntje afstrepen.
Eenmaal in Leuven kijken we ook nog even buiten het station:
En dan is het alweer tijd voor de op een na laatste trein voor vandaag, de IC naar Mechelen, welke naar goed Belgisch gebruik vooral stopt op stations met onverharde platformen. In Mechelen nemen we de IC naar Breda, en dat is alweer het einde van een uitputtende, maar geslaagde trip.
Ik moet echt eens stoppen met dagen zo vol plannen, want ik heb na mijn vakanties altijd een dag nodig om uit te rusten.