Saaie bijbaan
Geplaatst: vr 23 dec 2016, 21:59
Een saai bijbaantje
2016, het jaar waar veel is geëindigd, begonnen maar ook is doorgegaan.
Na een “Het zal toch wel niet kunnen” momentje, zat ik opeens in de rij om heus aan de slag te gaan als buschauffeur, naast het student zijn. Als je dat in de kroeg vertelt, tijdens een feestje, denken de meesten dat je dronken bent en eigenlijk gewoon vakkenvuller bent of teveel achter de PC zit.
Buschauffeur. Een beroepschauffeur die (vaak) met een groot voertuig over de weg rijdt met, soms veel, soms geen, passagiers rijdt. Een beroepschauffeur is meestal dan ook een ouder persoon, welke al jaren in het vak zit. En dan zit je daar, als studentje op die lucht geveerde stoel die onderdeel uitmaakt van jouw werkplek. Op de transferiumlijnen moet je erg veel wachten, kleine kinderen komen met een speelgoedbusje de bus in om daarna aandachtig naar het stuur, meer kunnen ze immers nog niet zien, te kijken. Als ze het aanbod krijgen om daarna op die grote stoel te mogen zitten, rennen sommigen verlegen achter papa en mama aan, anderen krijgen een grote glimlach en gaan met veel plezier zitten. Stoel op de hoogste stand, papa en/of mama die foto’s maakt van kindlief de buschauffeur en het begin van het dagje naar de stad is helemaal geslaagd voor de kleine. Als we dan toch moeten vertrekken, dan starten we samen de bus, want geluid maken is altijd leuk.
Toch komen mensen met twijfels binnen. “Hij ziet er zo jong uit, kan hij wel in een bus rijden?”, “Ik weet zeker dat hij veel te hard rijdt..”, “Hoeveel stoepranden zal hij NIET raken?” Zo begin ik mijn dienst met een sneldienst naar Uden, een Volans lijn. Op deze lijn rijden we met 13 meter lange Volvo’s, waar achter de voordeur een zitplek is. Ook zitten er relatief veel rotondes in de route, welke allemaal netjes genomen dienen te worden. Als we net uit de stad zijn, buiten de bebouwde kom op een N-weg waar 80 gereden mag worden, wordt de “rust” verstoord door een oudere mevrouw, welke op de reeds genoemde plek zit. “Hoe hard rij jij nu?” “Op dit moment is mijn snelheid 80 mevrouw, dat is de maximumsnelheid op deze weg” “Hmm”. De stilte keert terug. Een tiental minuten later zegt de vrouw ineens; ”Je rijdt toch best wel goed” “Had u twijfels mevrouw?” “Ja nou... Met al die rotondes, een grote bus en een jonge jongen achter het stuur..”.
Soms, als je je rooster bekijkt, weet je al hoe je dienst gaat verlopen. Je ziet een bepaalde vertrektijd en een aankomsttijd, welke begint met 24: of 25:. Samen met een zaterdagavond en een streeklijn, gaat dat voor dronken jongeren zorgen. Zo geschiedde. Na een tamelijk rustige rit heen, kom ik mooi op tijd aan in Schijndel. Hierna is de bus helemaal leeg. In het laatste dorp, Sint Michielsgestel, vind je ze meestal, de dronken medestudenten. Halte na halte kom ik niemand tegen, wat ik uiteraard niet erg vind. Maar dan zie ik een grote groep langs de weg staan. Ik denk met een grote boog om ze heen te kunnen rijden. Helaas staan ze bij een haltepaal, mijn haltepaal. Waar de eerste 2 passagiers netjes een kaartje kopen, bespaart de rest mij de moeite en stapt in. Alcohol is niet toegestaan en het kost tamelijk wat moeite om het meeste buiten de bus te krijgen en houden. Ze gaan uiteraard helemaal achterin zitten, voor de zekerheid laat ik de camera’s continu filmen. In dit type bus, de Ambassador, is het boven de motor altijd erg warm, waardoor de heren wat frisse lucht proberen binnen te laten. De luikjes aan de zijkant hebben ze al weten te openen, het dakraam is de volgende. Ik zie 1 persoon er met zijn handen naartoe gaan en eraan begint te duwen en trekken. Zijn vrienden proberen wat afleiding te zoeken door op de ramen te gaan slaan. Als dat maar goed gaat.. Na een remming en een schreeuw naar achteren, slaan ze niet meer op de ruiten en het dakraam is dicht gebleven, verassend maar fijn om 25:15. Na wat gezang richting mijn persoon, om mij te bedanken dat ze gratis mee mogen, stappen ze gelukkig in de stad weer uit. Hierna kan ik gelukkig meteen door naar het Centraal Station, waar ik de nachtbus nog tegenkom, die net is begonnen met rijden. Waar ik naar huis ga, is deze collega net begonnen.
Je zit altijd op de weg, je maakt dus van alles mee. Mensen die geen ruimte geven wanneer je aangeeft de halte te verlaten binnen de bebouwde kom, fietsers zonder verlichting, files, objecten op de snelweg en ook ongevallen. Ik zit rustig in de bus voor het stoplicht vlak voor de Parade te wachten, als tegenover mij een auto door rood rijdt, waar net een auto van mijn links door groen rijdt. Een grote klap is het gevolg en de airbags vliegen eruit. Wat moet ik nu doen? Moet ik uitstappen en helpen, of gaan bellen? Ik kies voor het tweede en gebruik onze noodknop om met de verkeerscentrale te bellen. Zij bellen daarna de politie en ambulance, waarna ik ervoor kies om het kruispunt over te steken en mijn passagiers af te leveren bij de eindhalte. Op de terugweg komt de politie net aan, waarna ik wijs op mijn dashcam in de bus, mocht dat gebruikt moeten worden als bewijsmateriaal. Er waren gelukkig geen gewonden, maar er was wel veel schade aan beide voertuigen. En dat uiteraard de laatste rit voor je pauze.
Meer recent, tijdens een lege rit richting de Efteling, wijkt er voor mij een auto hard uit, mijn weghelft op. Op de afrit ligt een groot stuk plastic, als ik dichterbij kom blijkt het een statafel te zijn, in plastic gehuld maar met de poten nog er uitstekend. Moet je eens nagaan hoeveel ellende een statafel kan veroorzaken, door iets niet goed vast te zetten.
Tijdens je diensten maak je veel leuke en minder leuke dingen mee. Je wordt geacht professioneel te handelen, bij iedere situatie. Wanneer iemand tijdens het rijden mij een telefoon aanreikt om met de persoon aan de andere kant te praten, kan dat uiteraard niet. Agressief worden naar mij is dan zeker geen oplossing, ik volg de regels welke voor mij gelden. Ook hoef ik geen fastfoodketen te hebben in mijn bus. Waar jij na 10 minuten weer uitstapt, zit ik nog een uur langer in de stank. Waar het bij de ene wel mag, mag het bij de ander niet.
In de ochtend een mevrouw die iedere bus netjes een krantje van de Metro geeft om te lezen, in de middag iemand die je een (zak met) oliebol(len) geeft en in de avond dronken jongeren. Je maakt van alles mee in de bus (En al het ander openbaar vervoer!). Je ziet veel, je maakt veel mee en geen dag of dienst is hetzelfde. Ideaal.
Aan u allen, prettige feestdagen, ook ik zal u van dienst zijn gedurende deze dagen, op een groot aantal lijnen.
2016, het jaar waar veel is geëindigd, begonnen maar ook is doorgegaan.
Na een “Het zal toch wel niet kunnen” momentje, zat ik opeens in de rij om heus aan de slag te gaan als buschauffeur, naast het student zijn. Als je dat in de kroeg vertelt, tijdens een feestje, denken de meesten dat je dronken bent en eigenlijk gewoon vakkenvuller bent of teveel achter de PC zit.
Buschauffeur. Een beroepschauffeur die (vaak) met een groot voertuig over de weg rijdt met, soms veel, soms geen, passagiers rijdt. Een beroepschauffeur is meestal dan ook een ouder persoon, welke al jaren in het vak zit. En dan zit je daar, als studentje op die lucht geveerde stoel die onderdeel uitmaakt van jouw werkplek. Op de transferiumlijnen moet je erg veel wachten, kleine kinderen komen met een speelgoedbusje de bus in om daarna aandachtig naar het stuur, meer kunnen ze immers nog niet zien, te kijken. Als ze het aanbod krijgen om daarna op die grote stoel te mogen zitten, rennen sommigen verlegen achter papa en mama aan, anderen krijgen een grote glimlach en gaan met veel plezier zitten. Stoel op de hoogste stand, papa en/of mama die foto’s maakt van kindlief de buschauffeur en het begin van het dagje naar de stad is helemaal geslaagd voor de kleine. Als we dan toch moeten vertrekken, dan starten we samen de bus, want geluid maken is altijd leuk.
Toch komen mensen met twijfels binnen. “Hij ziet er zo jong uit, kan hij wel in een bus rijden?”, “Ik weet zeker dat hij veel te hard rijdt..”, “Hoeveel stoepranden zal hij NIET raken?” Zo begin ik mijn dienst met een sneldienst naar Uden, een Volans lijn. Op deze lijn rijden we met 13 meter lange Volvo’s, waar achter de voordeur een zitplek is. Ook zitten er relatief veel rotondes in de route, welke allemaal netjes genomen dienen te worden. Als we net uit de stad zijn, buiten de bebouwde kom op een N-weg waar 80 gereden mag worden, wordt de “rust” verstoord door een oudere mevrouw, welke op de reeds genoemde plek zit. “Hoe hard rij jij nu?” “Op dit moment is mijn snelheid 80 mevrouw, dat is de maximumsnelheid op deze weg” “Hmm”. De stilte keert terug. Een tiental minuten later zegt de vrouw ineens; ”Je rijdt toch best wel goed” “Had u twijfels mevrouw?” “Ja nou... Met al die rotondes, een grote bus en een jonge jongen achter het stuur..”.
Soms, als je je rooster bekijkt, weet je al hoe je dienst gaat verlopen. Je ziet een bepaalde vertrektijd en een aankomsttijd, welke begint met 24: of 25:. Samen met een zaterdagavond en een streeklijn, gaat dat voor dronken jongeren zorgen. Zo geschiedde. Na een tamelijk rustige rit heen, kom ik mooi op tijd aan in Schijndel. Hierna is de bus helemaal leeg. In het laatste dorp, Sint Michielsgestel, vind je ze meestal, de dronken medestudenten. Halte na halte kom ik niemand tegen, wat ik uiteraard niet erg vind. Maar dan zie ik een grote groep langs de weg staan. Ik denk met een grote boog om ze heen te kunnen rijden. Helaas staan ze bij een haltepaal, mijn haltepaal. Waar de eerste 2 passagiers netjes een kaartje kopen, bespaart de rest mij de moeite en stapt in. Alcohol is niet toegestaan en het kost tamelijk wat moeite om het meeste buiten de bus te krijgen en houden. Ze gaan uiteraard helemaal achterin zitten, voor de zekerheid laat ik de camera’s continu filmen. In dit type bus, de Ambassador, is het boven de motor altijd erg warm, waardoor de heren wat frisse lucht proberen binnen te laten. De luikjes aan de zijkant hebben ze al weten te openen, het dakraam is de volgende. Ik zie 1 persoon er met zijn handen naartoe gaan en eraan begint te duwen en trekken. Zijn vrienden proberen wat afleiding te zoeken door op de ramen te gaan slaan. Als dat maar goed gaat.. Na een remming en een schreeuw naar achteren, slaan ze niet meer op de ruiten en het dakraam is dicht gebleven, verassend maar fijn om 25:15. Na wat gezang richting mijn persoon, om mij te bedanken dat ze gratis mee mogen, stappen ze gelukkig in de stad weer uit. Hierna kan ik gelukkig meteen door naar het Centraal Station, waar ik de nachtbus nog tegenkom, die net is begonnen met rijden. Waar ik naar huis ga, is deze collega net begonnen.
Je zit altijd op de weg, je maakt dus van alles mee. Mensen die geen ruimte geven wanneer je aangeeft de halte te verlaten binnen de bebouwde kom, fietsers zonder verlichting, files, objecten op de snelweg en ook ongevallen. Ik zit rustig in de bus voor het stoplicht vlak voor de Parade te wachten, als tegenover mij een auto door rood rijdt, waar net een auto van mijn links door groen rijdt. Een grote klap is het gevolg en de airbags vliegen eruit. Wat moet ik nu doen? Moet ik uitstappen en helpen, of gaan bellen? Ik kies voor het tweede en gebruik onze noodknop om met de verkeerscentrale te bellen. Zij bellen daarna de politie en ambulance, waarna ik ervoor kies om het kruispunt over te steken en mijn passagiers af te leveren bij de eindhalte. Op de terugweg komt de politie net aan, waarna ik wijs op mijn dashcam in de bus, mocht dat gebruikt moeten worden als bewijsmateriaal. Er waren gelukkig geen gewonden, maar er was wel veel schade aan beide voertuigen. En dat uiteraard de laatste rit voor je pauze.
Meer recent, tijdens een lege rit richting de Efteling, wijkt er voor mij een auto hard uit, mijn weghelft op. Op de afrit ligt een groot stuk plastic, als ik dichterbij kom blijkt het een statafel te zijn, in plastic gehuld maar met de poten nog er uitstekend. Moet je eens nagaan hoeveel ellende een statafel kan veroorzaken, door iets niet goed vast te zetten.
Tijdens je diensten maak je veel leuke en minder leuke dingen mee. Je wordt geacht professioneel te handelen, bij iedere situatie. Wanneer iemand tijdens het rijden mij een telefoon aanreikt om met de persoon aan de andere kant te praten, kan dat uiteraard niet. Agressief worden naar mij is dan zeker geen oplossing, ik volg de regels welke voor mij gelden. Ook hoef ik geen fastfoodketen te hebben in mijn bus. Waar jij na 10 minuten weer uitstapt, zit ik nog een uur langer in de stank. Waar het bij de ene wel mag, mag het bij de ander niet.
In de ochtend een mevrouw die iedere bus netjes een krantje van de Metro geeft om te lezen, in de middag iemand die je een (zak met) oliebol(len) geeft en in de avond dronken jongeren. Je maakt van alles mee in de bus (En al het ander openbaar vervoer!). Je ziet veel, je maakt veel mee en geen dag of dienst is hetzelfde. Ideaal.
Aan u allen, prettige feestdagen, ook ik zal u van dienst zijn gedurende deze dagen, op een groot aantal lijnen.