Over dit verslag
Maandag 23 september moet ik mijn definitieve scriptierapport inleveren, maandag de 30e is mijn afstudeerceremonie. In die week ertussen hoef ik vrijwel niks meer te doen. Geheel toevallig valt precies in die week de roemruchte tweejaarlijkse Innotrans-spoorbeurs in Berlijn, waar ik veel over gehoord heb en best nieuwsgierig naar ben. Logisch gevolg: na het inleveren van mijn scriptie trakteer ik mezelf op een tripje Berlijn!
Dinsdag heen, woensdag en donderdag op de beurs, vrijdag terug. De reis zal ik gaan doen met – mijn eerste – Deutschlandticket, want a) het is veel goedkoper dan tickets met IC’s en ICE’s, b) de IC Berlijn rijdt toch niet die dagen wegens werkzaamheden rond Hengelo en Rheine, en vooral c) ik houd zo mogelijk nog meer van avontuurlijke treinreizen dan van de bestemming zelf. Onderweg komt er meer dan genoeg van dat avontuurlijke terecht, dus gaat al gauw mijn schrijfdrang kriebelen. Ziehier, in vier delen, het reisverslag van mijn eerste Innotrans en mijn eerste Deutschlandticket

Voor verwachtingsmanagement: de weinige foto's die ik heb gemaakt met mijn slimfoon zijn vooral ter illustratie van het verhaal. Je leest dus een woordverslag met wat beelden, geen beeldverslag met wat woorden

De treinreis samengevat
Woensdag
- Spoiler: show
Op weg naar de Messe

11. Het achterplein van Cottbus Hauptbahnhof op de woensdagmorgen.
Ik had de wekker om 8:30 gezet, maar een uur eerder ontwaak ik al vanzelf, perfect op tijd om de RE2 richting Berlijn van omstreeks 8:00 te halen. Eenmaal op het station zie ik dat die +10 aan de broek heeft – wegens verlate aankomst van de heenrit uit Berlijn – dus heb ik nog even tijd om een ontbijtje te scoren: een broodje ei moet mijn innerlijke zelf tevreden houden tot in Berlijn. De perrontoegang is achteraan dus ik loop om de grootste meute heen naar voren, waar het gemiddeld druk is en tot mijn verrassing ook blijft in aanloop naar de hoofdstad. Tussen Königs Wusterhausen en Ostkreuz zie ik vanuit mijn ooghoek aan de andere kant van de trein de Eurocity Hungaria naar Boedapest passeren; wat die hier zo oostelijk doet, geen idee. Bij het bereiken van de Berlijnse binnenring heeft de machinist er een paar minuutjes vertraging uitgereden, maar in Ostbahnhof blijven we zonder verklaring steken en zo gaan we uiteindelijk met +15 verder de Stadtbahn op.
In Charlottenburg stap ik uit en over op de S-Bahn, één halte verder naar Westkreuz, de aanbevolen ingang volgens mijn ticket. Dat advies volg ik maar braaf op, want je zal net zien dat ik me naar een ingang aan de andere kant van de beurs begeef en er daar achter kom dat mijn specifieke studententicket alleen op één plek kan worden gescand of zoiets. Echt aangenaam is de wandelroute van station naar beursgebouw niet, integendeel: de wandelaar wordt getrakteerd op het idyllische uitzicht, geluid en aroma van half vaststaande veelbaans(snel)wegen, die we doodleuk met voetgangersstoplichten moeten zien over te steken die maar een paar seconden groen geven terwijl kruisend motorverkeer tegelijk groen krijgt onze kant op. Wát een entree voor nota bene een railbeurs

De eerste indruk

12. Een impressie van de buitententoonstelling van Innotrans 2024. Hier was het nog niet eens overdreven druk.
Een halfslachtige tassencontrole later sta ik binnen, en ben ik uit het veld geslagen door mijn eerste indruk. Innotrans is GROOT. Op één verdieping van één van de 28 hallen – het buitengedeelte nog even buiten beschouwing gelaten – is het al een beste drukte met vele tientallen, zo niet meer dan honderd stands. En dan ben ik achteraf bezien nog in een relatief rustige hal binnengekomen, in andere hallen is er vaak bijna geen doorkomen aan. Later hoor ik een schatting van 200.000 mensen op de hele beurs, dat geloof ik best. Binnen twee uur ben ik compleet overprikkeld; gelukkig staat er een gerenoveerd PKP Intercity-coupérijtuig waar ik even relatief op adem kan komen (ook al lopen er nog steeds constant mensen door het rijtuig en heb ik mijn coupé ook niet voor mezelf alleen).

13. Een kijkje in de machinekamer van een Siemens Vectron-locomotief.
Ik begin me zwakjes te voelen en merk dat ik een hypo heb, maar wanneer ik die wil gaan verhelpen ontdek ik waarom zelf meegebracht eten niet toegestaan is op de beurs: de verkoop van eten en drinken is één van hun verdienmodellen. Een Currywurst met een bescheiden portie Pommes voor 18 euro, komaan!

Ouwe boel, hippe boel, ondergrondse boel

14. ““Inno””trans dus, hè?

15. Australische voorstadstreinbeenruimte (3x woordwaarde!) van twee stoelen tegenover elkaar. Ik ben zelf de langste niet (1m65).
In de buitententoonstelling, met kilometers aan materieel opgesteld, vind ik onder meer een klassieke Schienenbus (?!) waar ze schijnbaar iets innovatiefs mee hebben gedaan (ik kan niet ontdekken wat) en een Australische voorstadstrein met de kleinste beenruimte die ik ooit heb gezien: zelfs de kleinste mensen zouden moeten knietjevrijen om hier tegenover elkaar te kunnen zitten. Bij de meeste treinen mag het publiek binnen kijken, soms met uitzondering van een korte periode als er Hoog Bezoek is (al kan ik me dat niet voorstellen bij de Egyptische Velaro die geen enkel moment beschikbaar is). Dat geldt ook voor het Talgo-rijtuig voor Denemarken dat in één van de hallen is neergekwakt; daar moet ik een kwartier voor in de rij staan tot het plebs weer wordt binnengelaten. Wel een fraai modern interieur in die eerste klas, al zijn de stoelen opvallend hard.

16. Een los Talgo-rijtuig voor de Deense spoorwegen.

17. Aan boord van de eerste klas van de DSB-Talgo.
Talgo is nog niet klaar met me, want elders op hun stand word ik geënterd door iemand die me hun VR-experience wilt laten beleven. Met een VR-bril op – voor mij voor het eerst, gelukkig had ik vandaag m’n lenzen in en niet m’n eigen bril op! – kan ik in al hun standaard treininterieurs kijken, van hun Avril-hogesnelheidstrein tot hun intercity- en zelfs hun nachttreinontwerpen, in verschillende klassen en stoelopstellingen en kleurtjes. Zelfs de klaptafeltjes en armleuningen kan ik virtueel bedienen.

18. Hippe mock-up hoor.

19. ‘Aan boord’ van een Münchener Hyperloop.
Na een bezoekje aan een hyperloop-mockup en een toevallige ontmoeting met een vriend van een treinenstudievereniging wordt het alweer langzaam tijd om te gaan vertrekken, want de check-in bij mijn onderkomen vannacht sluit al om 19:00. Bij één laatste stand blijf ik even hangen: het is de kraam van de nieuwe HSL/tunnel Dresden-Ústi-Praag. Veel leuke info over het project, héél veel boekjes en foldertjes om door te lezen. Wanneer de standmedewerker doorheeft dat ik bovengemiddeld geïnteresseerd ben, knoopt ze geen gesprekje aan maar duwt ze me pardoes een boek over de ontwikkeling van het Tsjechische HSL-net in handen. Oké dan, mooi meegenomen!
Onderweg naar de zuiduitgang, voor station Messe Süd, kom ik nog door een hal waar ik nog niet was geweest, met megastands van DB, ÖBB, Trenitalia en dergelijke. Precies in mijn straatje, dus onthouden voor morgen! Ik haal een S-Bahn eerder dan verwacht en kan daardoor nog een kleine versnapering halen voor onderweg tijdens mijn overstap op Spandau. Een forse nogacroissant voor slechts twee euro, halleluja wat een prijzen!


20. Hier op Spandau, een treinstel met speciale bestickering ter ere van 100 jaar Berlijnse S-Bahn en alle uiterlijken die de treinen hebben gehad door de jaren heen.
Een Duits dorpsgevoel
De RE8 naar Wittenberge staat aangekondigd met een stoppositie midden op het perron, maar gezien de effectieve halteplek van de voorgaande trein en de haltebordjes in het spoor vermoed ik dat daar niet zoveel van terecht zal komen. En inderdaad, de trein stopt helemaal achteraan het perron. Middenin is er gelukkig nog een zitplaats te vinden, al is de drukte maar tot Nauen, dan loopt een flink deel van de trein leeg en is het rustig tot Neustadt(Dosse) waar ik op tijd uitstap.
Mijn overstap is 12 minuten op de laatste bus van de avond (om 18:35), welke een 8-persoonsbusje blijkt te zijn. De chauffeur staat tegen de motorkap driftig te paffen en reageert totaal niet op een vraag die ik ‘m stel om de bestemming te bevestigen; even later zie ik dat ‘ie een gehoorapparaat op heeft. Een collega komt aanrijden voor haar eigen pauze, steekt zelf een sigaret op de seconde dat ze haar busje uitstapt, en de twee paffen er een half pakje doorheen terwijl ze rustig keuvelen. De vertrektijd is hier ook maar een suggestie, want pas om 18:40 ronden ze hun geklets af en rijden we weg. Een vrouw met kinderwagen wil mee bij de enige tussenliggende halte, maar dat past natuurlijk niet in een 8-persoonsbusje, zoals overigens ook op de vertrekstaten stond. De chauffeur verwijst haar naar het busje van zijn collega die vlak achter ons rijdt, ook al is dat ook zo’n zelfde soort busje. Naar mijn indruk, gezien het lachen waar 'ie in uitbarst na vertrek van de halte, had 'ie gewoon geen zin in gedoe en wilde 'ie mevrouw afwimpelen.

21. De Ritterhof Kampehl.

22. Prima kamer.
De Ritterhof is van buiten én binnen sfeervol ingericht, ik waan me echt in een oude Duitse herberg. De kamer is eenvoudig maar ruim voldoende, en gewoon naar moderne standaarden ingericht, afgezien van het nieuwe testament dat in het nachtkastje meegeleverd ligt wellicht. Avondeten kun je er natuurlijk ook; ik bestel een smakelijke tagliatelle in roomsaus, nu met bananennectar. (Ze hebben iets met nectar hier in Brandenburg!) Na een welkome douchebeurt duik ik tegen tienen m’n bed in, maar het duurt pas tot half twaalf voor ik slaap.

23. Mijn smakelijke maaltijd in de eetzaal van de Ritterhof.

24. Ze zijn wel veeleisend met de huisregels, hoor

Benieuwd naar het vervolg, met mijn tweede dag op Innotrans en mijn avonturen in Berlijn? Deel 3 is hier verschenen!