TffpaA schreef: ↑vr 25 jul 2025, 10:30
R-net zat op zich vol goede bedoelingen om tot één uniforme en daarmee herkenbare stijl te komen. Omdat deze stijl echter niet volledig is uitgerold en ook het doel ervan nooit helemaal helder is geworden (gaat het om een apart aanbesteed netwerk? Een concessie? Een bedrijf?), kun je het wel als een mislukte poging beschouwen.
Ik ben het maar deels eens met alle kritiek op R•NET.
Ín Amsterdam zijn de wijzigingen grotendeels slechts cosmetisch, met een snelle tram- en buslijn (25, 369) die wel R•NET zijn en andere snelle lijnen (26, 360) die het niet zijn, de Metro waar NIETS gewijzigd is behalve een labeltje en trams en bussen die niet op de oorspronkelijke R•NET-huisstijl lijken. Dat doet de reputatie van R•NET meer slechts dan goeds.
In AML en de combinatie Gooi/AML vind ik het wél geslaagd, met goede afstemming tussen lijnen (tenminste, vóór tram 25), een echt beter (duidelijker, frequenter) product dan als er allemaal losse lijntjes van hot naar her gereden hadden zoals 30 jaar geleden.
ZaWa heb ik te weinig ervaring mee om iets van te vinden. Wél zou de bedoeling van het netwerk duidelijker aan de reiziger gecommuniceerd.
Er zijn ook echt aanpassingen in de infrastuctuur gedaan (Busbaan Uithoorn-Aalsmeer-Hoofddorp, HOV in 't Gooi, en vele andere kleine) waarvan ik denk dat die niet gedaan zouden zijn als daar nog "gewone" bussen hadden gereden. Dat duurt lang, vanwege budgettaire redenen, maar ook vanwege slechte uitleg wat een HOV-netwerk nou inhoudt en het idee dat de bus alleen voor oude oma'tjes is en dus elk bejaardenhuis moet aandoen. Zuidtangent was daarin vrij revolutionair, in de zin dat een behoorlijk groot infrastructuurnetwerk met uniforme huisstijl én nieuw busconcept (HOV, één halte per wijk ipv per zijstraat) in één keer neergelegd is, ik kan me niet heugen dat dat in Nederland voor de bus ooit eerder of sindsdien zo grootschalig gebeurd is.
Ik ben het eens dat de VRA en provincie eens wat duidelijker eisen zouden mogen stellen aan de huisstijlen, niet alleen de kleur van de bus maar bewegwijzering, uiterlijk van haltes, lijnnummering, informatie in de bus etc. Utrecht doet daar een goede poging meer door te vragen dat de binnen- en -buitenconcessiehouders één gezamelijke reisinformatiestijl ontwikkelen, voor zover niet voorgeschreven.
Men zou eens op werkbezoek moeten gaan in Londen. Dat heeft met het kenmerkende roundel natuurlijk een prachtig beeldmerk dat alle vormen van OV herkenbaar maakt en met elkaar verbindt. Er wordt één lettertype gebruikt en er wordt zoveel mogelijk één stijl gebruikt. Dat maakt reizen met het OV in Londen tot een naadloze ervaring (sorry voor deze bingokaart - maar het is wel zo).
Bewegwijzering is meer dan een mooie huisstijl.
De metro heeft een mooie, zeer herkenbare (maar zeker niet uniforme) huisstijl en Overground en Elizabeth Line doen daar mooi in mee (al is er soms nog heel klassieke bewegwijzering - dat heeft zijn charmes maar het is soms verwarrend), maar ik vind de
wayfinding van de metro naar andere (voorstads)treinen (Northen City Line, Thameslink etc, die wél een waardevolle link in het stadsnetwerk vormen maar niet op de metrokaart staan) slecht, en de bewegwijzering van bussen vind ik rampzalig - vind in een drukke straat maar eens je juiste bushalte, voor zover ik me kan herinneren staat er in bijv het metrostation Old Street niet aangegeven voor welke bus je welke van de
7 haltes (elk 150m de ándere kant op) moet hebben, daar is de Amsterdamse bewegwijzering tussen modi, ook van andere vervoerders, toch écht beter.
Ook ben ik geen fan van de metrolijnen die alleen namen en kleuren hebben (het zijn er met Overground, Elizabeth en DLR inmiddels 19), puur een nummer of letter - met eindbestemming - is veel herkenbaarder.
Qua lijnnummeresthetiek: Ik ben vóór dat dat (landelijk) voorgeschreven wordt zodat je direct weet dat een 3xx-lijn een snelle lijn is en een 5xx een buurtbus, maar ook een lokale systematiek. Ik ken niet alle bestekken, maar HWGO is een van de weinigen die ik ken waar de lijnnummering enigszins duidelijk is voorgeschreven ("is het 2e cijfer een 6, dan komt de bus langs Heinenoord Busstation, is het een 7 dan niet"). Sturing daarin zou vaker mogen, al ken ik geen enkel gebied dat daarin superduidelijk is, zo heeft bijv Utrecht dat alle 30-lijnen naar de Uithof gaan, maar er gaan meer lijnen naar de uithof en als je óp de uithof bent heb je daar niets aan.
En er heerst een soort schaamte om systemen uit te leggen aan de reiziger. Ik vond het concept van de icoontjes in Utrecht (koffertje, brug, zonnetje etc) erg leuk bedacht, maar niemand behalve hobbyisten snapte het, dat is dan zonde. Amsterdam is daarin ook wel een slechte, ik heb meegemaakt dat een verstokt automobiele collega van ons eens per OV naar werk moest en op het metrostation in paniek raakte van de omroep "deze
trein gaat naar Gein" (op station Duivendrecht-boven), het verschil tussen sneltram 51/50 vs metro 53/54 wat ook niemand snapte.
Wat dat betreft mag rond Amsterdam het systeem van R•NET best beter uitgelegd worden.